Technologische innovatie verandert de Nederlandse economie steeds sneller. Dat levert veel winnaars op, maar er zijn ook verliezers. De dynamiek in het bedrijfsleven neemt toe: er starten steeds meer bedrijven, maar ook houden steeds meer bedrijven op te bestaan. Drie op de tien ondernemers zien hun verdienmodel de komende tien jaar mogelijk verdwijnen.
Disruptie door technologie raakt alle sectoren sterk, maar de autosector, de zorg en de industrie nog het meest. Om hierop in te spelen willen werkgevers vooral jongeren binnenhalen. Dat zien zij als manier om de snelle technologische ontwikkelingen bij te houden. Het arbeidsaanbod in Nederland veroudert echter snel. Dit is een risico voor de concurrentiekracht van de Nederlandse economie. Dit – en meer – staat in het rapport ‘Hightech meets business’ dat het ING Economisch Bureau uitbrengt ter gelegenheid van de Dutch Technology Week.
Goede uitgangspositie maar voorsprong neemt af
Nederland heeft een hoog innovatiepotentieel vanwege het hoge opleidingsniveau en de goede ontsluiting van kennis. Deze sterke basis kan niet voorkomen dat het innovatiepotentieel in het buitenland sneller groeit dan bij ons. Wereldwijd neemt het innovatiepotentieel razendsnel toe: er zijn steeds meer hoogopgeleiden, de kennispoel waarop ze voortborduren groeit snel en via internet kan door steeds meer mensen kennis snel gedeeld worden.
Jonge werknemers zijn populair maar schaars
Bedrijven die hun processen, producten en diensten willen veranderen richten zich daarvoor vaak op jonge werknemers die – zo wordt aangenomen – de mogelijkheden van nieuwe technologie beter benutten. De concurrentieslag op het binnenhalen en behouden van jong talent zal hierdoor toenemen. De vergrijzing echter beperkt de keuze voor werkgevers, aldus ING hoofdeconoom Marieke Blom: ‘Vroeger was 60 procent van de beroepsbevolking jonger dan veertig, nu is dat nog maar 40 procent. Jonge landen, zoals de Verenigde Staten of het Verenigd Koninkrijk hebben hier niet mee te maken.’ Nederland moet daarom zien oudere werknemers goed inzetbaar te houden. Dat is een noodzaak voor bedrijven, maar ook de overheid moet hierop inzetten. De ‘midlife career change’, een drastische wending in de loopbaan voor mensen tussen veertig en vijftig, zou in Nederland normaal moeten worden.
Zeven toekomstige doorbraken
Het Nederlandse bedrijfsleven benoemt zeven technologische gebieden waarvan de kans op betekenisvolle doorbraken het grootst is. Dit zijn: Toegenomen rekenkracht (chips en sensoren), Internet of Things en Big Data, Robotica, alternatieve energie, nieuwe materialen en 3D printen. Ondernemers geloven dat deze ontwikkelingen de wereld nog sneller zullen veranderen.
Nieuwe winnaars en verliezers
De zeven technologische doorbraken zullen tot ontregeling leiden. Maar liefst 30% van het Nederlandse MKB zegt dat hun huidige verdienmodel de komende tien jaar kan verdwijnen door deze snelle veranderingen. Zij zullen zich moeten aanpassen om te overleven. Het gevoeligst voor deze trend zijn de sectoren auto’s, gezondheidszorg en industrie. Dit betekent dat hier snel nieuwe spelers kunnen opstaan, die enorm kunnen groeien door technische innovatie. De bestaande spelers van nu moeten juist zeer alert zijn, willen ze hun huidige marktaandeel behouden.
Download hier het rapport: ING – Hightech meets business.pdf