Aannemersfederatie Nederland is teleurgesteld over het besluit van de minister Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid geen ruimte te zien om werknemers met zware beroepen, zoals in de bouwsector, toch op hun 65e met pensioen te kunnen laten gaan.
De meeste werknemers in ambachtelijke beroepen zijn op jonge leeftijd, 16 tot 18 jaar, begonnen met leren/werken en hebben een lang werkzaam leven van 45 jaar achter de rug.
Aannemersfederatie Nederland (AFNL) hoopt niet dat het besluit van de minister leidt tot uitstroom van oudere werknemers naar de Ziektewet. De mogelijkheid die de vijf Tweede Kamerfracties aandroegen om werknemers met zware beroepen ruimte te bieden met flex-AOW te gaan, verdiende steun vindt AFNL. PvdA kondigde nog wel een amendement deze zaak aan.
Daarnaast moet een oplossing worden gevonden voor werknemers die komend jaar met vroegpensioen gaan en waar door de stapsgewijze AOW-verhoging tot 2019 een AOW-gat ontstaat.
Verder plaatst de AFNL wel kanttekeningen bij het flex-AOW-voorstel van de Kamer. Het kan niet zo zijn dat bouwmedewerkers worden gestraft met een AOW-korting als zij op 65-jarige leeftijd uittreden. Het gaat hier niet om werknemers met topinkomens die zomaar geld opzij kunnen zetten voor hun pensioen.
Ook bij voorgaande discussies in de Tweede Kamer over verhoging van de AOW-leeftijd, heeft de Aannemersfederatie aangedrongen op mogelijkheden werknemers met zware beroepen vervroegd te kunnen laten uittreden. Tweede Kamer en Kabinet moeten echter niet de fout maken zware beroepen te koppelen aan lage inkomens, want dan vallen veel bouwwerknemers buiten de boot.