De Nevat-leden van de Groep Plaatverwerkende Industrie (GPI) bezochten begint september tijdens een studiereis vijf dagen lang de omgeving van Warschau. Conclusie: de Poolse maakindustrie maakt indrukwekkende stappen maakt om op Westers niveau te komen.
De tiende studiereis van de GPI ging, na eerdere bestemmingen als China, Turkije en Hongarij, nu naar Polen. Achttien ondernemers brachten vijf dagen in de omgeving van Warschau door.
De conclusie van het bezoek naar Polen is dat de Poolse maakindustrie stappen maakt om op Westers niveau te komen. Nevat GPI was onder de indruk van de vooruitgang die Polen de laatste decennia gemaakt heeft. Met een oerdegelijke arbeidsmoraal en geholpen door EU-subsidies voor de aanschaf van nieuwe productiemiddelen is de vooruitgang evident. Export is een belangrijke steun voor de groei.
Tijdens het bezoek aan Polen zijn onder meer een OEM’er, het hoofdkantoor van de Rabobank, Randstad, een drietal Poolse toeleveranciers en als afronding een machinefabrikant en een staal-toeleverancier bezocht. Door de spreiding in diversiteit van type bezoeken zijn alle belangrijke business-topics van de bedrijven afgedekt; van materiaalinkoop, finance en personeelszaken tot markt/machine en concurrerende bedrijven.
Het beeld van het bezoek is dat Poolse bedrijven de laatste jaren goede stappen maken, er een groeiende binnenlandse economie is, de export zich goed ontwikkelt in de richting van Duitsland, Noorwegen en Denemarken en dat het vakmanschap van goede kwaliteit is. Met name de zich ontwikkelende export naar Duitsland betekent dat ook Nederlandse toeleveranciers de Poolse ontwikkelingen scherp in de gaten moeten houden, vooral omdat de arbeidskosten nog altijd substantieel lager zijn. Nederland zal zijn hoge standaard van automatiseringsgraad verder moeten verbeteren en de flexibiliteit continue tegen het licht moeten houden om haar voorsprong te behouden.