Duitsland is het belangrijkste exportland voor NL. En dat geldt zeker voor de (toeleverende) maakindustrie. Als derde exportland binnen Europa, Duitsland en Frankrijk zijn respectievelijk eerste en tweede, brengt de Nederlandse industrie voor zo’n 400 miljard euro over de landsgrenzen weg. Het grootste gedeelte hiervan verdwijnt naar onze Oosterburen. Volgens diverse organisatie liggen er in […]
Duitsland is het belangrijkste exportland voor NL. En dat geldt zeker voor de (toeleverende) maakindustrie. Als derde exportland binnen Europa, Duitsland en Frankrijk zijn respectievelijk eerste en tweede, brengt de Nederlandse industrie voor zo’n 400 miljard euro over de landsgrenzen weg. Het grootste gedeelte hiervan verdwijnt naar onze Oosterburen.
Volgens diverse organisatie liggen er in Duitsland nog vele marktkansen. Dit bleek in elk geval uit de vorige week gehouden fact finding reis naar de Duitse deelstaat Sachsen-Anhalt. Een korte bijeenkomst met bedrijven en organisaties die de mogelijkheden voor Nederlandse bedrijven schetsten. Export Impulse! organiseerde deze bijeenkomst samen met het Investions- und Marketinggesellschaft Sachsen-Anhalt. Deze ‘feitenreis’ bracht in elk geval aan het licht dat deze deelstaat er veel voor over heeft om buitenlandse ondernemingen naar dit gebied toe te halen. Zo liggen er forse investeringssubsidies klaar, worden vergunningen snel en correct afgehandeld en verwerkt en staan de hooggekwalificeerde arbeidskrachten te trappelen om aan het werk te kunnen. Het loon van deze arbeidskrachten ligt in vergelijking met de Nederlandse lonen ook nog zo’n twintig procent lager. Kortom, er liggen best mogelijkheden voor Nederlandse bedrijven. Als voorbeeld nog even een reactie van de plantmanager van Almeco Giorgio Gabriele Locci, een Italiaans bedrijf dat zich bezig houdt met de productie en ontwikkeling van aluminium lichtunits in een breed spectrum. Binnen een jaar verrees in het Duitse Bernburg (Sachsen-Anhalt) een productielocatie. ‘Binnen dit tijdspad krijg je dit nergens anders voor elkaar. Alles is heel soepel verlopen en het aantal in te vullen documenten bleef tot een minimum beperkt.’ En de producten die daar worden gemaakt het krijgen toch maar het kwaliteitsetiket ‘Made in Germany’ mee. En dat is toch weer mooi meegenomen.
Volgende week een verslag over deze bijeenkomst in Vraag en Aanbod en op onze site www.vraagenaanbod.nl een interview met Peter Sanders van Export Impulse.
Rolf Elling, hoofdredacteur