Focus en Passie voor Techniek is een meerjarig programma gericht op de groeiende behoefte aan goed gekwalificeerde technische vakmensen op alle mbo-niveaus in de topsectoren. Koos de Roos, CFO van de NTS-Group is één van de mensen uit het bedrijfsleven die als ambassadeur betrokken is bij dit programma. Het helpt leerlingen te kiezen voor een opleiding met duidelijk arbeidsmarktperspectief.
Bedrijven uit de topsectoren, zoals de NTS-Group, die meedoen met dit nieuwe techniek-programma leiden op die manier hun toekomstige medewerkers op, die maximaal aansluiten op de eisen van de toekomst. Scholen die focussen vinden zo de ideale aansluiting bij het bedrijfsleven. Een win-winsituatie voor scholen, bedrijven, maar zeker ook voor studenten. ‘De NTS-Group is zelf al bezig om in nauwe samenwerking met vmbo-scholen opleidingsrichtingen en vakken beter te laten aansluiten op de praktijk. Dat is een eerste stap. Wat je vervolgens nog meer kunt doen, is een mentorbedrijf aanwijzen dat de leerling verder beroepsmatig begeleidt. Dat kan in de vorm van een stageplaats of vakantiewerk. Maar je kunt ook aan iets heel anders denken, bijvoorbeeld aan baangarantie. Dat lijkt me belangrijk in deze tijden’, aldus de Roos.
Imagoprobleem
De aantrekkingskracht en het imago van technische onderwijs staan al jaren onder druk. Het aantal leerlingen dat kiest voor een technische vervolgopleiding na het vmbo loopt substantieel terug. Het programma Focus en Passie voor Techniek gaat dat proces proberen te keren door het verbeteren van de aansluiting van het vmbo naar het mbo, het realiseren van marktgericht technisch onderwijs en door een hechte samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs. Docenten zullen bijvoorbeeld weer bedrijfsstages gaan volgen. De Roos: ‘Het klopt dat er al eerder initiatieven zijn geweest om de instroom in het technisch onderwijs te vergroten. Maar die bestreken niet het hele scala aan technische en creatieve beroepen. Met Focus en Passie voor Techniek wél: alle neuzen staan dezelfde kant op. We hebben eigenlijk altijd een tekort aan geschoold personeel. Het is denk ik een maatschappelijk probleem. En een imagoprobleem. Techniek wordt geassocieerd met blauwe stofjassen en veel lawaai. Ik kan je verzekeren dat het in de meeste bedrijven schoon en netjes is. Ik heb niet de illusie dat imago op korte termijn te kunnen veranderen. Dat is een kwestie van een lange adem. Eigenlijk moet je al beginnen op de basisschool, want daar wordt al een keuze gemaakt voor een latere opleiding. Het is sowieso belangrijk dat de scholen meedoen.’