De BOZ Group heeft onlangs al zijn machines die data kunnen importeren of exporteren in een netwerk opgenomen en haar gehele productieomgeving (circa 10.000 m²) alle werkplekken voorzien van wifi-punten. Dit vertelt Corné van Opdorp, directeur van de BOZ Group op de Hannover Messe.
Door alle systemen en machines aan elkaar te knopen zet de plaatbewerker een belangrijke stap richting slim automatiseren of Industrie 4.0. Zover is het nog niet maar het is wel de eerste stap naar het papierloos werken. Van Opdorp is van mening dat als we het werk in Nederland willen behouden, het productieproces verder gedigitaliseerd moet worden.
Papierloos werken
‘Een van de eerste stappen in ons automatiseringsproces is het offline programmeren van al onze kantbanken. In mei willen we dat gerealiseerd hebben’, vertelt Van Opdorp. ‘Ook worden alle werkplekken voorzien van een monitor. Daarmee krijgt elke werknemer toegang tot de meeste recente werkinstructies, tekeningen en revisiestanden.’ Weer een andere stap is het verfijnen van de logistiek. ‘Een belangrijk hulpmiddel in de logistiek is het markeren van al onze producten met coderingen zodat op elke plek in de organisatie kan worden afgelezen welke bewerkingen en/of handelingen er allemaal verricht moet worden op welke plek in het productieproces. Al deze processen willen we uiterlijk in 2016 hebben afgerond’, zegt de managing director.
Klant-leveranciersrelatie
Van Opdorp noemt als volgend speerpunt de klant-leverancierrelatie. Ideaal zou zijn als een inkooporder van de klant, automatisch kan worden omgezet in een verkooporder voor ons. ‘Dat betekent dat de ‘digitale’ inkooporders van elke klant automatisch moeten kunnen worden ingelezen in ons ERP-systeem zodat die bij een ordertoekenning direct de productie in kan van inkoop tot aflevering van de order. Dat is een hele klus’, weet Van Opdorp, ‘want we hebben te maken met zo’n 200 klanten. En die klanten hanteren bijna allemaal een eigen systeem. Maar we hebben nog even de tijd om dit te klaren’, vertelt hij.
Productie
‘We zijn qua productiemachines ook zo’n beetje klaar voor de toekomst. We hebben de afgelopen periode flink geïnvesteerd, daarbij hebben we de prioriteit niet gesteld in snelheid maar in machines die passen in ons productieproces. Zo hebben we de afgelopen maand een zestal machines in gebruik genomen. Als eerste is dat een Fierde (Finishing Edge Rounding Deburring) machine. Deze machine is geschikt voor het ontbramen, slijpen, borstelen en/of afronden van kleine werkstukken met afmetingen van 20×20 mm tot 200 mm brede delen en voor het finishen van strippen, kokerprofielen en werkstukken met een maximale breedte van 200 mm.’
‘Verder hebben we een Amada HD ATC kantbank aangeschaft die behoort tot de top in het high-end-segment van de kanttechnologie. Doordat de omsteltijd bij steeds kleiner wordende seriegroottes belangrijker wordt, beschikt deze kantbank over een automatische gereedschapswisselaar. Deze transporteert met vier manipulatoren zelfstandig de voor het actuele programma benodigde gereedschappen, waarbij een ruim aanbod aan gereedschap direct bereik beschikbaar is. Naast deze high-end kantbank hebben we ook een kleiner type kantbank aangeschaft, de Amada 8025.’
‘Ook hebben we de afgelopen maand onze oude lasersnijmachines vervangen door twee nieuwe L3030 4 kW CO2-lasersnijmachines van Trumpf. Deze lasersnijmachines zijn gekoppeld aan een automatisch magazijn van Stopa en voorzien van een liftmaster. Beide machines zijn uitgerust met een automatische lenzenbewaking en automatische düse-wisseling, waardoor bij het onbemand produceren in de nacht en in het weekend de snijkwaliteit gewaarborgd blijft. Momenteel wordt er nog gewerkt aan uitbreiding van het Stopa platenmagazijn van 440 naar 500 pallets.’
Tot slot heeft de plaatbewerker een Cloos lasrobot aangeschaft met een CMT-techniek (cold metal technology = spettervrij).
Bottleneck
Een bottleneck in de verdere automatisering zijn de producenten van metaalbewerkingsmachines. ‘Er zijn namelijk producenten die hun machinegegevens niet willen uitwisselen met ons, de klant. Voor het verdere automatiseringsproces dien je namelijk de beschikking te hebben over sommige machinegegevens’, vertelt Van Opdorp. Zo wil je bijvoorbeeld voor je nacalculatie beschikken over de tijd dat een machine heeft gedraaid aan een bepaalde order. Ook voor je Overall Equipment Effectiveness (OEE) wil je beschikken over diverse meetgegevens, die vaak uit een machine moeten komen. Niet alle producenten zijn daar even open in’, besluit Van Opdorp.