Allesbehalve een buizenschuiver

Doorgaans beschikt een bureauhandelaar niet over een eigen machinepark. En misschien moet je Baleco uit Hendrik-Ido-Ambacht ook geen buizenhandelaar meer noemen. Ja, zijn meerwaarde is nog steeds het leveren van de beste buis op de juiste tijd en plek. Hierin speelde een gelijkgestemd no-nonsense netwerk van hoogwaardige buizenproducenten een cruciale rol.

Met de verhuizing naar een groter pand met eigen magazijn en productievloer én de aanschaf van zaagmachines en eigen vrachtwagens, is er nóg meer grip om die belofte waar te maken. Met een nieuwste aanwinst – een Speed C9 cirkelzaagmachine van KASTO – werd het bovendien mogelijk om grote aantallen nog nauwkeuriger op maat aan te bieden.

‘Mijn vader gaf me een jaar om uit te vinden of Baleco iets voor mij was’, ligt Bart van ’t Leven – Junior – nog vers in het geheugen. ‘Dus na mijn studie CMD en enkele jaren werkervaring als interaction designer bij een groot digitaal bureau besloot ik de proef op de som te nemen. Als manusje-van-alles reed ik mee op de vrachtwagen, bezocht klanten en toeleveranciers en leerde wat er allemaal bij een kwaliteitslevering van stalen buizen komt kijken. Het feit dat ik dit hier vijf jaar later in een interview vertel, zegt denk ik genoeg. Buizen lijken misschien niet zo sexy als het bedenken van een campagne voor Heineken, maar de buizenwereld heeft heel veel kanten en daarmee veel te bieden, leerde ik al snel. Het meest inspirerend bleek echter de hechtheid van het team dat mijn vader in al die jaren om zich heen had gevormd. Zeggen wat je doet en doen wat je zegt, hoor je in deze regio wel vaker. Maar als bedrijf lukt dat alleen als je er voor elkaar bent. Ook dat leerde ik. Dat ik tijdens mijn ‘proefjaar’ nooit een onvertogen woord over Baleco hoorde, deed me bovendien realiseren dat we écht iets waardevols in handen hadden. Hier kon ik wel op voortbouwen. Sterker nog, het was zaak die servicegerichte mentaliteit zowel intern als extern te verankeren.’

Van handel naar maak

Baleco is dus allesbehalve een buizenschuiver. Toch wil het uitblijven van klachten niet zeggen dat er nooit iets fout gaat. Waar gehakt wordt, vallen spaanders. De truc is volgens Van ’t Leven om er dan voor te zorgen dat de impact voor de klant minimaal is. Leverbetrouwbaarheid komt wat hem betreft altijd voor prijs. ‘Natuurlijk was er weleens iets niet op voorraad of niet tijdig te vervoeren. Want hoewel er ook in de handelstijd voor sommige klanten een eigen buffervoorraad bij ons werd neergelegd; je kunt onmogelijk op alles anticiperen. Stel er wordt een afwijkende lengte besteld, maar in de fabriek zijn alle zaagmachines volgeboekt. Wacht je? Koop of zaag je elders? Of alle wagens zijn vol en de bestelgrootte – we leveren gelast of naadloos koolstofstaal in kleine en grote volumes – is voor de fabrikant te klein om kostendekkend een aparte wagen op pad te sturen. Ook dan zal je ter plekke wat anders moeten regelen. Nu ging dat dankzij ons gelijkgestemde netwerk altijd wel goed. Maar als leverbetrouwbaar maatwerk je fundament is, dan wil je hier meer grip op. De meest directe manier om die te krijgen, is dingen zelf doen. Dat betekende in ons geval verhuizen. Vijf jaar geleden verruilden we Alblasserdam voor Henrik-Ido-Ambacht. Naast zeeën aan kantoorruimte – we zijn met zijn vijven en vaak op pad – beschikken we hier over een magazijn met bovenloopkraan, een werkvloer met vier zaagmachines en eigen vrachtwagens en spoedtransport.’

Precies op maat

De nieuwe richting bleek precies goed. Meer grip? Die kwam er. Ook kortere levertijden en meer flexibiliteit. Met drie verschillende KASTO-bandzaagmachines kon zo goed als het hele assortiment van rond 20 mm tot rond 521 mm binnen de gangbare toleranties op lengte gezaagd worden. En toen steeds meer klanten de weg naar het nieuwe Baleco hadden gevonden, diende zich steeds vaker een prangende maakvraag aan: ‘Levert en verwerkt u ook precisiebuis?’ Het deed Baleco vorig jaar besluiten nóg een zaagmachine aan te schaffen. Een cirkelzaag welteverstaan, luisterend naar de naam KASTO speed C9. Van ’t Leven: ‘Waar vroeger 75 procent van onze buisaanvragen naadloos was, verschuift die vraag steeds meer richting precisie. Als specialistische leverancier kunnen we die samen met onze partnerfabrieken elke zelf gekozen diameter, wanddikte en hoeveelheid geven. Het op lengte zagen doen we vervolgens hier. Elke buis wordt machinaal ontbraamd en netjes in klant-specifieke kisten gestapeld.’ Van ’t Leven vult aan dat hoewel een bandzaag kampioen is van de grote diameters, je er nooit een precisiebuiswaardige tolerantie mee haalt. ‘Als je vol in het materiaal zit, dan gaat het nog wel. Maar eenmaal aan het zagen in de holte, dan gaat het zaaglint iets minder constant. Gewone lengtes krijgen daarom een tolerantie van -0 / +3 mm. Een cirkelzaag is stijf en compact en behaalt hierdoor veel nauwere toleranties. Met de speed is een zaagtolerantie van +/- 0,3 mm reëel. Deze verkopen we overigens wel als +/-0,5 mm. Liever net iets te netjes, dan net iets erbuiten.’

Groeiambities in een transparante keten

Waarom precisie aan zo’n opmars bezig is? Van ’t Leven heeft wel een vermoeden. ‘Klanten willen steeds meer ontzorgd worden en zo min mogelijk nabewerken. Als hij de buitenafmetingen van het uitgangsmateriaal niet meer op maat hoeft te brengen, bespaart hij cumulatief namelijk erg veel geld. Even voor de beeldvorming: er gaan hier op jaarbasis 530.000 op lengte gemaakte buisstukken de deur uit. Dat scheelt opgeteld een serieuze berg spanen, opspaninspanningen, spindeluren, gereedschapsverliezen, koelkosten, noem het allemaal maar op.’ En als die klant alsmaar meer-eisend wordt, moeten er dan machines bij, zit er nog capaciteitswinst bij robotiseren of komen er nieuwe collega’s? ‘Ja, ja en ja’, klinkt Van ’t Leven vastbesloten. ‘De gemiddelde bezettingsgraad van ons machinepark bedraag momenteel zo’n 65 procent. En met de nieuwe COVID-golf zal de echte groei nog even op zich laten wachten. Maar als de precisietrend doorzet, dan zijn nieuwe machines en mensen helemaal niet ondenkbaar. Hierbij denk ik wel eerder aan een scenario met een extra zaagmachine en een collega, dan aan een robot. De zaagmachines bedienen is een vak waarbij je in mijn ogen, ondanks alle automatiseringen, altijd moet controleren. Robotisering sluit ik niet uit, maar ik kijk nu vooral toch eerst naar mensen. Want ook in de buizenbusiness draait het uiteindelijk toch om mensenwerk.’