In 2020 maakte 48 procent van de bedrijven met twee of meer werkzame personen gebruik van een coronasteunmaatregel. Het merendeel had een steunmaatregel ter compensatie voor loonkosten, tegemoetkoming voor vaste lasten of uitstel van belastingbetaling.
Dat meldt het CBS op basis van voorlopige cijfers tot en met 31 december 2020 over steunmaatregelen voor bedrijven, gemaakt op verzoek van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat.
Ter ondersteuning van ondernemers tijdens de coronacrisis heeft de overheid financiële steunmaatregelen ingevoerd. Tot en met 31 december 2020 maakten bijna 198 duizend bedrijven met 2 of meer werkzame personen gebruik van een van de zestien regelingen. Het meest werd gebruikgemaakt van de NOW-regeling (28 procent), vervolgens van de TOGS/TVL-regeling (24 procent) en tot slot van uitstel van belastingbetaling (22 procent). Een deel van de bedrijven gebruikte een combinatie van deze regelingen.
Ruim drie kwart van de bedrijven in Nederland heeft 1 werkzame persoon. Van deze bedrijven maakte 25 procent gebruik van de onderzochte steunmaatregelen. Speciaal voor deze bedrijven is er de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo). Over deze regeling zijn geen recentere cijfers dan mei 2020 beschikbaar. Vandaar dat bedrijven met 1 werkzame persoon verder buiten beschouwing worden gelaten.
In de industrie vroeg 11,3 procent van de bedrijven steun aan voor de vaste lasten (TOGS, TVL-1, TVLQ4-2020), 25,8 procent van de bedrijven maakte gebruik van steunmaatregelen om te voorzien in de loonkosten (NOW-1, NOW-2, NOW-3.1). Voor de bouw was dit respectievelijk 2,3 en 14,2 procent.
Eerste pakket
Tijdens de eerste lockdown in maart 2020 werd een eerste steunpakket afgekondigd door de overheid. Daarin zaten onder andere regelingen voor loonkostenvergoeding (NOW-1) en tegemoetkoming voor vaste lasten (TOGS) voor de eerste aanvraagperiode. Later kwamen er aanvullende pakketten met vergelijkbare regelingen (met andere voorwaarden).
Tijdens de eerste aanvraagperiode maakten de meeste bedrijven gebruik van de regeling voor loonkosten of vaste lasten. Bij de tweede aanvraagperiode waren er minder aanvragen voor loonkosten en vaste lasten door bedrijven ten opzichte van de eerste periode. In deze periode (ongeveer van juli tot en met oktober) waren er minder beperkende maatregelen. De economie groeide het derde kwartaal van 2020 met 7,8 procent ten opzichte van een kwartaal eerder. In het tweede kwartaal van 2020 kromp de economie nog met 8,5 procent. Met meer beperkende maatregelen nam aan het eind van het jaar het gebruik van de loonkostenregeling weer wat toe. Wel bleef het gebruik van deze steunmaatregel een stuk lager dan in de eerste aanvraagperiode. Dat is ook het geval bij de vaste lasten regeling. Bij de TVL-Q4 is weliswaar de doelgroep vergroot, maar is er nog geen sprake van een eindbeeld, omdat deze tot 29 januari 2021 open stond.