Enige tijd geleden schreef ik over de keuze in welke machine het beste geïnvesteerd kan worden. Een van de punten in dat artikel was dat moderne machines steeds gespecialiseerder worden. Daarmee wordt de machinekeuze, zowel bij aanschaf als ook bij dagelijks gebruik, steeds moeilijker.
Veel aanbieders van machines pronken ook nog met nog snellere ijlgangen, grotere gereedschapmagazijnen en allerlei IT-koppelingen. Maar in de praktijk krijgen we veel vragen van ondernemers over de aanschaf van een machine of over de inzet ervan.
De gouden regel is wat mij betreft: in hoe minder opspanningen een product geproduceerd kan worden, hoe lager de kostprijs. Dit is bij verspanende machines en ook bij lasersnijmachines en lasrobots goed te zien. Als je aan bepaalde producten gaat rekenen, valt direct op dat de procestijden zelf veel minder invloed hebben op de kostprijs dan omspannen of opspannen op een andere machine. Ooit heb ik dit gezien bij een bedrijf waar de calculator geen kennis had van vormtoleranties en daarom te weinig omspanningen berekende; hij hield geen rekening met voordraaien en nadraaien etc. Dit kostte het bedrijf veel geld. Toen bij de calculatie wel rekening werd gehouden met voor- en nadraaien, zagen we direct positief resultaat.
Als we uitgaan van de regel ‘zo min mogelijk opspanningen’ dan zien we de volgende trends:
– Vijfassers zijn in het voordeel, ook voor ‘simpeler’ producten als deze aan meerdere (meer dan twee) zijden bewerkt moeten worden.
– Het loont altijd om op te spannen met een palletsysteem met nulpuntsysteem.
– Grotere gereedschapmagazijnen hebben altijd nut.
– Aangedreven spillen bij draaibanken en hoofdspil/subspillen hebben altijd nut.
– Snellere ijlgangen dragen niet bij aan verlagen kostprijs, wel aan sneller verslijten van machines.
Behalve deze punten geldt ook dat de logistiek om de machines heen een grote invloed heeft op de kostprijs, maar dat deze onterecht nooit meegerekend wordt in de kostprijs.
Flexibel
Kortom hoe meer een product vanuit ruwmateriaal op één machine in één opspanning geproduceerd kan worden, hoe goedkoper er geproduceerd kan worden. Dat vergt enerzijds een machinepark met machines die gespecialiseerd zijn in flexibel zijn (!), anderzijds ook veel kennis van de werkvoorbereiding en engineering. Te vaak zien we bij bedrijven dat één machine geheel is volgepland en andere niet omdat de werkvoorbereiding te weinig inzicht heeft om producten aan een bepaalde machine toe te kennen afhankelijk van de situatie in machinebezetting. Dat is ook lastig in de praktijk, je moet immers alle mogelijkheden van alle machines kennen en de eisen die aan producten worden gesteld, denk aan het voorbeeld van de toleranties hierboven.
IT-systemen
Nu is er in de markt veel aandacht voor IT-systemen, koppelingen van machines met IT-systemen en allerlei plan- en shopfloorsystemen. Die staan niet in bovenstaand lijstje. Het lijkt nu of deze niet belangrijk zijn. Dat is wel zo, maar deze systemen hebben weinig invloed op de kostprijs zelf. Immers de mogelijkheden van de machine bepalen het aantal omspanningen, niet de IT. Maar de IT-systemen ondersteunen dit wel. Als de operator al van tevoren de juiste orderinformatie bij de machine op een scherm met machinekoppeling aangereikt krijgt, worden niet alleen fouten voorkomen, maar kan de operator ook sneller beslissen en de machine sneller programmeren en instellen. Ook het van tevoren vullen van gereedschapmagazijnen met ingemeten gereedschappen verhoogt de kwaliteit en verkort de omsteltijden van machines.
Doorlooptijd
Het is van belang te realiseren, ook vanuit de QRM-gedachte, dat de spiltijden van machines zelf niet belangrijk zijn. Wel het minimaliseren van omsteltijden en omspanningen. QRM geeft hier duidelijke richtlijnen en rekentools voor. Voor de gedachte: de bezettingsgraad van een machine is niet belangrijk, verkorting van de bewerkingstijd per product is dat wel. Dus ga sturen op de doorlooptijd van een order, niet op de bezettingsgraad van de machines. Vanuit deze gedachte komt dan vanzelf naar voren dat het aantal op/omspanningen minimaal moet worden.
Conclusie: het loont om te investeren in alle zaken die omspanningen minimaliseren zoals palletwisselaars, aangedreven gereedschappen, subspillen, vijfassers etc., ook voor relatief eenvoudige producten. Richt u op het verkorten van de doorlooptijd van orders.
Contact over dit onderwerp? www.vraagenaanbod.nl/thema/specialist/ of hartgers@pkm.nl