In reactie op het besluit van de Europese Commissie om de importheffingen voor staal met drie jaar te verlengen, roept Koninklijke Metaalunie de politiek op importquota in relatie tot het Europese anti-dumpingbeleid verder te verruimen dan de drie procent die de Europese Commissie nu voorstelt.
Ook vindt Metaalunie dat de Europese staalindustrie haar verantwoordelijkheid moet nemen door de productie van staal versneld op te voeren.
‘Metaalunie is niet principieel tegenstander van Europees ‘anti-dumping’ beleid. Het is van belang de Europese staalmarkt concurrerend te houden ten opzichte van ‘goedkope’ landen als China en India’, zegt Fried Kaanen, voorzitter Metaalunie. ‘Maar de verlenging van de importmaatregelen versterkt de negatieve effecten van de huidige overspannen staalmarkt enorm: nog hoger oplopende prijzen en enorm te kort aan staalproducten. De huidige marktomstandigheden zetten herstel en groei van maakbedrijven sterk onder druk.’
Hoge staalprijzen, materialen niet verkrijgbaar
De Nederlandse economie heeft steeds minder last van de pandemie nu alle cijfers de goede kant op gaan. Kaanen: ‘We zien ook in de maakindustrie de omzet aantrekken en richting oude niveaus bewegen. Maar meer omzet betekent niet dat alles goed gaat: materiaalprijzen zijn enorm gestegen, maar misschien nog wel vervelender is dat diverse metalen simpelweg niet verkrijgbaar zijn. Dit leidt tot grote problemen in de productieketen.’
Veel mkb-maakbedrijven staan volgens Kaanen onder grote spanning omdat de winstgevendheid sterk onder druk staat en levertijden langer worden. ‘Het materiaalprobleem heeft een aantal oorzaken. Geopolitieke spanning, verstoring van de ketens door de pandemie, maar ook het Europese anti-dumpingbeleid op staalgebied. Met betrekking tot dat laatste: Europa zet haar beleid de komende drie jaar door. Dit overheidsingrijpen beïnvloedt de prijsvorming en de handelsstromen van metaal op dit moment echter disproportioneel,’ aldus Kaanen.
Noodkreet richting kabinet
Metaalunie beseft uiteraard dat de ontstane (geopolitieke) situatie niet eenvoudig op te lossen is. De situatie is echter zo nijpend dat Metaalunie de situatie heeft aangekaart bij het demissionaire kabinet. Het zou zeer wenselijk zijn als het Nederlandse kabinet haar invloed in Brussel aanwendt om:
- Te pleiten voor een verdere verruiming van de importquota dan de voorgenomen drie procent, zodat er meer evenwicht in de prijsvorming komt.
- De Europese staalindustrie aan te sporen haar verantwoordelijkheid nadrukkelijker te nemen, geen slaatje te slaan uit de huidige situatie en juist nu samen sterk te staan als gezamenlijke industrieketen.
Metaalunie benadrukt dat juist de staalproducenten op dit moment veel voordeel hebben van de anti-dumpingmaatregelen. Zij zijn echter door dit voordeel wel ‘schatplichtig’ om juist de Europese maakindustrie van voldoende materiaal te voorzien, tegen fatsoenlijke prijzen.