Duitse machinebouw krimpt

Foto van: De redactie
Geplaatst door De redactie

De ordersituatie en de reële productie in de Duitse machinebouw zijn in de eerste maanden van dit jaar aanzienlijk verslechterd en de toekomst belooft op dit moment geen verbetering. Daarom heeft de VDMA zijn prognose voor dit jaar herzien. ‘Een herziening van onze prognose is onvermijdelijk; we gaan er nu van uit dat de productie in 2019 in reële termen met twee procent zal dalen’, aldus VDMA-voorzitter Carl Martin Welcker tijdens een persconferentie.

Dit ondanks de forse orderportefeuille, die in april toch goed was voor 8,5 maanden werk. Deze orderportefeuille is echter ongelijk verdeeld over bedrijven en industrieën die de sterke daling van de inkomende orders aan het eind van het jaar niet volledig kunnen opvangen.

Voorheen gingen VDMA -economen uit van een lichte productiestijging van één procent voor het hele jaar. In de eerste vier maanden van het lopende jaar stagneerde de productie in de machinebouw in vergelijking met het voorgaande jaar. Volgens voorlopige cijfers lag de productie in april 0,8 procent onder het cijfer van het voorgaande jaar. In de eerste vijf maanden van het lopende jaar lagen de inkomende orders in de machinebouw negen procent lager dan in het voorgaande jaar. De bezettingsgraad bedroeg in april nog steeds 87,4 procent.

Export

Ondanks de krimpende orderportefeuille profiteren de Duitse machinebouwers nog steeds van de verworven orders in betere tijden. Vandaar dat de uitvoer in april 2019 nog met 0,1 procent steeg naar een waarde van 14,9 miljard. En over januari – april 2019 werd een omzet gerealiseerd van 58,7 miljard euro, waarbij de stijging met 0,8 procent nog groter is. Van die 58,7 miljard euro werd 34,0 miljard geëxporteerd naar Europa (EU-28: 28,2 miljard euro), de grootste handelspartner van de Duitse machinebouwers. De uitvoer naar Nederland bedroeg in diezelfde periode 2,5 miljard euro, 4,1 procent minder dan dezelfde periode in 2018. De uitvoer naar België bedroeg in diezelfde periode 1,380 miljard euro, 0,1 procent minder dan dezelfde periode in 2018.

Invoer

Ook de invoer stijgt nog steeds. Die bedroeg in april 6,5 miljard euro, dat is 0,6 meer dan in april 2018. In de periode januari – april 2019 voerde Duitsland voor 24,8 miljard euro in, een stijging van 2,8 procent. Ook hier is Europa de grootste partij met 17,638 miljard euro (EU-28: 14,963 miljard euro). Nederland verkocht in die periode voor 969,7 miljoen euro aan Duitsland, een daling van 4,7 procent ten opzichte van dezelfde periode in 2018. België voerde in de periode voor 429,6 miljoen euro in naar Duitsland, een daling van 3,2 procent ten opzichte van dezelfde periode in 2018.