De vraag naar nieuwe personenauto’s binnen de Europese Unie blijft nog steeds zwak, als gevolg waarvan de productie ervan stagneert. In de Bondsrepubliek bijvoorbeeld is het aantal gefabriceerde personenwagens in vergelijking met dezelfde periode 2018 met 12 procent gedaald. In aantallen uitgedrukt betekent dit een afname van ca. 275.000 tot 300.000 wagens. De gedaalde productie heeft natuurlijk ook gevolgen voor de toeleveranciers waarvan al berichten circuleren over productie-beperking en daarmee verband houdende reductie in het aantal werknemers.
Dit blijkt uit Het StaalJournaal van Noviostaal van 19 augustus. Kort gezegd kan rustig gesteld worden, dat de automobielindustrie in redelijk zwaar weer vertoeft, waarbij het bovendien de vraag is hoe en wanneer het zich gaat herstellen. Er hangt immers nog steeds de dreiging boven de markt van importheffingen, die de Amerikaanse regering zou kunnen instellen, terwijl ook de afzet in China nog steeds afneemt.
De malaise in deze branche kan wellicht zich gaan uitstrekken naar andere branches in de metaalindustrie, want als er minder auto’s verkocht worden zal ook de behoefte aan onderhoud en reparaties gaan afnemen. De staalindustrie merkt ook dat de automobielproductie gedaald is door het verminderd aantal afroepen, het verlengen van overeengekomen levertijden en de terughoudendheid bij het afsluiten van nieuwe contracten. Voor vlakke producten als coils, bandstaal en platen telt de automobielbranche in grootte als afnemer nr. 2 met een omvang van 16-18 procent.
Prestaties automobielsector raken staalmakers
De staalmakers merken ten gevolge van de afgenomen vraag van de automobielsector ook meer onderlinge concurrentie en hebben daarnaast te maken met concurrerend importmateriaal waardoor het op korte termijn niet mogelijk lijkt een prijsherstel te realiseren. De Duitse fabriek Salzgitter bijvoorbeeld ziet haar winst over het eerste halfjaar in vergelijking met dat van 2018 bijna halveren. Deze daling van de brutowinst wordt deels veroorzaakt door een verminderde omzet en gedaalde verkoopprijzen, maar ook door gestegen kosten van grondstoffen. Andere fabrieken laten eenzelfde ontwikkeling zien.
En dus komt een oud thema weer op tafel, namelijk de bestaande productieovercapaciteit binnen de EU. De vraag naar en het aanbod van staal binnen Europa waren de afgelopen jaren beter in balans, maar nu de vraag inzakt komt dit pijnlijke probleem weer helder in beeld. Diverse fabrieken zoeken daarom hun heil bij de EU-Commissie en hopen op stringentere importheffingen om de concurrentie van geïmporteerd staal te laten verminderen.
Importcontingenten
Die EU-Commissie heeft inmiddels inderdaad wat aanpassingen op de importcontingenten aangekondigd. Zo wordt er een quote voor de import van warmgewalste rollen staal ingevoerd per 1 december a.s. Anderzijds echter zal van de producenten toch ook verwacht worden eindelijk eens wat aan die al jarenlang bestaande overcapaciteit te gaan doen.
De productiecapaciteit voor ruwstaal binnen Europa bedraagt ca. 210-215 miljoen ton, echter de laatste jaren bedroeg de afname ca. 160-170 miljoen ton. In het afgelopen halfjaar daalde de EU-productie ca. 2,5 procent naar 84,7 miljoen ton. Bijvoorbeeld in Duitsland nam de productie in diezelfde periode van 2019 met vijf procent af en over 12 maanden gerekend zelfs met zes procent. Wereldwijd echter steeg in de periode januari-juni 2019 de productie met ca. 4,5 procent, waarbij China koploper is met een plus van ca. tien procent.
Onzekerheid
De handelsoorlog tussen China en de VS en de politieke kwestie tussen Iran en de VS in combinatie met de onzekere wijze waarop het Verenigd Koninkrijk de Europese Unie zal gaan verlaten drukken niet alleen hun stempel op de staalmarkt, maar leiden ook tot grotere onzekerheid op andere grondstofmarkten, die allemaal conjunctureel gevoelig zijn. De meeste grondstoffen, zoals ijzererts, lieten bijvoorbeeld dan ook prompt een lichte prijsstijging zien toen de Amerikaanse regering bekend maakte de invoering van extra importheffingen op Chinese goederen per september uit te stellen tot een later tijdstip dit jaar.
In het Verenigd Koninkrijk wordt belangstellend uitgekeken naar de ontwikkelingen rond het failliete British Steel, waarvoor een Turkse investeringsmaatschappij, dat tevens eigenaar is van de Turkse staalfabriek Erdemir, grote belangstelling heeft en zelfs al een intentieovereenkomst voor overname aangegaan is. De vrees bestaat dat de Britse economie in een recessie dreigt te geraken en dat wordt onder andere al gemerkt door de diverse fabrieken van Liberty Steel. Door de gedaalde afname van staal op haar thuismarkt draait een aantal productie-eenheden van deze groep op een aanzienlijk mindere capaciteit. Ook andere economieën binnen de EU vertonen signalen die er op wijzen dat de groei afvlakt. Duitsland liet in het afgelopen kwartaal zelfs negatieve cijfers zien en experts vrezen voor dit lopende kwartaal eenzelfde resultaat, wat zou betekenen dat ook de Bondsrepubliek in een recessie beland zal zijn.
Prijzen
Staalprijzen zijn redelijk stabiel en zullen naar wij verwachten pas in de loop van de komende maand beweging laten zien. Nog steeds zijn veel fabrieken terughoudend met hun prijsvoorstellen voor het 4e kwartaal. Enkele staalmakers echter hebben aangekondigd de prijzen te zullen verhogen, maar hoe de prijsontwikkeling in zijn algemeen zal zijn valt op dit moment nog niet te voorspellen.
Noviostaal geeft per 19 augustus 2019 de volgende indicatie voor de circa fabrieks-staalprijzen voor coils en kwartoplaat in euro per ton:
- Warmgewalste coils: 470 – 485
- Koudgewalste coils: 560 – 575
- Sendzimir verz. coils: 575 – 590
- Kwartoplaat: 560 – 580
Deze maand dalen de prijzen voor alle soorten. De daling loopt van 5 euro per ton voor Sendzimir verzinkte coils en Warmgewalste coils tot 10 euro per ton voor Koudgewalste coils en Kwartoplaat ten opzichte van de staalprijzen in juli 2019.