Volgens de eerste berekening, op basis van nu beschikbare gegevens, is het bruto binnenlands product (bbp) in het derde kwartaal van 2019 met 0,4 procent gegroeid ten opzichte van een kwartaal eerder. Dat is gelijk aan de groei in de twee voorgaande kwartalen van 2019. De toename van het bbp in het derde kwartaal is vooral te danken aan de consumptie.
Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).Volgens de eerste berekening was het bbp 1,9 procent groter dan in het derde kwartaal van 2018. De groei jaar op jaar was te danken aan de investeringen in vaste activa en de consumptie door huishoudens. De bijdrage van het handelssaldo was negatief.
Het derde kwartaal van 2019 telde een werkdag meer dan het derde kwartaal van 2018. Hiervoor gecorrigeerd bedraagt de groei van het bbp 1,7 procent.
Meer geïnvesteerd in bouw en machines
De investeringen in vaste activa lagen 7,4 procent hoger dan een jaar eerder. In het derde kwartaal van 2019 zijn met name de investeringen in bedrijfsgebouwen, vervoermiddelen (vooral personenauto’s) en machines gegroeid. Verder waren de investeringen hoger dan een jaar eerder doordat in het derde kwartaal van 2018 een substantiële desinvestering in immateriële activa (intellectueel eigendom) plaatsvond.
De groei van de investeringen gaat onder meer samen met een relatief hoge bezettingsgraad van de machines en installaties in de industrie. Die was bij aanvang van het vierde kwartaal van 2019 opnieuw hoger dan gemiddeld in 2018. Het vertrouwen van de industriële ondernemers was in het derde kwartaal van 2019 weliswaar minder positief dan een jaar eerder, maar ligt nog een stuk boven het gemiddelde van de afgelopen twintig jaar.
Verder hebben consumenten in het derde kwartaal 1,6 procent meer besteed dan in het derde kwartaal van 2018.
Meer machines uitgevoerd
De uitvoer van goederen en diensten groeide in het derde kwartaal van 2019 met 2,2 procent. De groei is lager dan in het tweede kwartaal. Nederlandse bedrijven hebben in het derde kwartaal vooral meer chemische producten, machines en apparaten uitgevoerd. De wederuitvoer (de uitvoer van eerder ingevoerde producten) groeide, terwijl de export van Nederlands product kromp.
De invoer van goederen en diensten groeide met 3,2 procent sterker dan de uitvoer. Net als in het eerste kwartaal droeg het saldo van in- en uitvoer in het derde kwartaal negatief bij aan de economische groei. In het tweede kwartaal was de bijdrage nog licht positief.
De groei van de import en de export in het derde kwartaal van 2019 wordt gedrukt door een bedrijf dat een deel van zijn activiteiten heeft verplaatst naar een ander land. Op het handelssaldo heeft dit geen effect.
Bouwnijverheid sterkst gegroeid
De productie van bouwbedrijven groeide met 5,3 procent het hardst in het derde kwartaal. Ook de productie van de landbouw en visserij groeide, met 4,1 procent, sterk. De industrie produceerde ruim 1 procent meer dan een jaar eerder. Dat was onder meer te danken aan de machine- en voedingsmiddelenindustrie. De delfstoffenwinning was opnieuw de bedrijfstak met de grootste krimp.