Zo aan het begin van het nieuwe jaar geven diverse financiële instellingen in ons land, waaronder ING Economisch Bureau en de sectoreconomen industrie van ABN Amro, een indicatie c.q. voorspelling af voor de economische ontwikkelingen binnen de industrie voor het nieuwe jaar.
Ik kijk dan uiteraard specifiek naar de ontwikkeling binnen de brede maakindustrie. En de economen die de sector industrie onder hun hoede hebben, zijn voor 2020 niet echt positief gestemd.
De ene partij zegt op de nullijn te blijven en ander roept dat de industrie met een procentje daalt. Dus dit wijkt niet echt veel van elkaar af. De aan de maakindustrie aanpalende sec toren zijn iets positiever.
Voor de algehele economie in ons land wordt een groei van circa 1,5 procent verwacht. Tussen beide partijen zit wel enige discrepantie. De een is wat positiever gestemd dan de ander. En dat mag ook.
Er is natuurlijk ook een aantal zaken dat mede bepalend is voor de economische ontwikkelingen. Denk aan de handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China en recent de problemen met Iran. Maar ook dichter bij huis doet de stikstof- en PFAS-problematiek nog een duit in het verkeerde zakje.
Aan de andere kan zien we ook mogelijkheden. Zo zijn de vooruitzichten voor de Duitse economie voor het komend jaar beter. ING verwacht dan ook dat de export voor ons land met 2,7 procent zal toenemen.
En ach, elkaar in een dip praten, dat is zo gebeurd. Dus dat doen we maar even niet, het is ook nergens voor nodig.
Rolf Elling, hoofdredacteur
Reageren?
E-mail: rolfelling@vraagenaanbod.nl
Twitter: @VenA_Rolf
Facebook: www.facebook.com/vraagenaanbod