Zelf heb ik in 2018 mijn bedrijf verkocht. Het was na tien jaar bouwen tijd voor anderen om het verder te brengen. Geen haar op mijn hoofd die eraan denkt om het aan mijn kinderen na te laten, hoewel ze wel betrokken waren in de zaak. Het is een keuze, die iedereen anders maakt. Het maakt natuurlijk uit of je je bedrijf zelf hebt opgebouwd, zoals ik, of dat je het zelf van je ouders overgedragen gekregen hebt.
Ik werd eraan herinnerd toen ik een investeringsronde begeleidde voor iemand die er net zo in zat. Hij wilde nog flink uitbreiden en dan over vijf tot zeven jaar verkopen. ‘Zijn kinderen moesten maar hun eigen bedrijf opzetten als ze dat wilden.’
Het zijn keuzes, die bepalend zijn voor veel beslissingen van een ondernemer. Een externe aandeelhouder past niet goed als je de boel aan een kind wil nalaten. En wanneer laat je je kind verantwoordelijkheid nemen in het bedrijf.
Ik was onder de indruk van de beslissing van een ondernemer, die vond dat zijn kind eerst maar eens moest leren werken in een ander bedrijf en toen hij daar carrière gemaakt had kon hij in de ‘zaak’ aan de bak. Het pakte zeer goed uit.
Beide vraagt een strategie. Ik heb veel bedrijfsopvolgingen zien mislukken. Klassiekers als ouders (vooral pa) die het nog lang beter bleef weten dan de opvolger en niet losliet en toen dat (noodgedwongen) toch moest ging het bedrijf bergafwaarts omdat de opvolger het niet heeft kunnen leren. Gelukkig gaat het veel vaker goed. Er wordt een gezamenlijk plan gemaakt met duidelijke afspraken, een Raad van Advies of RvC opgezet om beslissingen te objectiveren en de nieuwbakken ondernemer te coachen en de pensionado’s laten zich nauwelijks meer zien op de zaak.
Verkoop kan natuurlijk ook. Ook dit vraagt een zorgvuldig plan. Verkoopklaar maken kost een flinke periode, minstens een jaar.
Kind of geen kind in de zaak, het vraagt altijd om zorgvuldige keuzes met bij voorkeur hulp van buiten.
Joachim Driessen,
onafhankelijk adviseur
Reageren?
E-mail: redactie@vraagenaanbod.nl