Heftrucks en andere mobiele interntransportmiddelen worden jaarlijks verplicht onderworpen aan een veiligheidskeuring. Wanneer de onafhankelijk optredende keurmeester het arbeidsmiddel goedkeurt, plakt hij er een sticker op. Wie een heftruck of soortgenoot wil huren, kijkt dus altijd eerst of die sticker aanwezig is. Maar de overkoepelende organisatie van importeurs en fabrikanten van mobiel interntransportmaterieel (BMWT), adviseert om nog even verder te kijken.
‘Je moet je namelijk als werkgever realiseren dat je materieel beschikbaar stelt aan medewerkers, dat niet van jou is’, zegt BMWT-directeur Anton van Loon. Hij wijst erop dat mensen in het bedrijf het eigen materieel kennen, er vertrouwd mee zijn, weten dat het goed onderhouden is en ook dat ze verzekerd zijn in het geval er ongelukken gebeuren. ‘Maar wanneer je materieel huurt, is dat allemaal heel anders’, weet Van Loon. ‘Je moet dan vertrouwen op het kwaliteitsbesef van het verhurend bedrijf en op de wijze waarop men daar omgaat met de verschillende normen en regels.’
Verhuurmarkt populair
De BMWT heeft zich wat meer in het fenomeen van huren verdiept, sinds zowel de importeurs van de grote merken als gespecialiseerde verhuurbedrijven én dealerbedrijven van mobiel interntransportmaterieel hun bedrijfsmiddelen te huur aanbieden. ‘We zien dat er inmiddels een grote verhuurmarkt is ontstaan waarbinnen ook BMWT-lidbedrijven in toenemende mate actief zijn. We zien dan ook dat het toch wat negatieve imago van huren tot het verleden behoort en dat het zeker niets meer te maken heeft met een gebrek aan geld voor het doen van investeringen in het eigen machinepark. Huren gebeurt tegenwoordig om allerlei redenen zoals het opvangen van pieken, het zich richten op de core business en daarvoor kapitaal vrijhouden, het vervangen van materiaal of voor incidenteel gebruik. Je zult dus als verhuurmarkt met goede ‘bewijzen’ moeten komen om jouw materieel ingezet te krijgen en als hurend bedrijf doe je er goed aan, vooral erachter te komen of de verhuurder veilig materieel beschikbaar stelt’, aldus Van Loon.
Het keurregime gekeurd
Werken met veilig en deugdelijk materieel is al jaren een stokpaardje van de BMWT. Om die reden is destijds BMWT-Keur ontwikkeld, met strakke richtlijnen voor onafhankelijke keurmeesters. Maar BMWT-Keur gaat verder. ‘We willen ook een externe kwaliteitsborging toepassen’, legt directeur Van Loon uit. Daartoe controleert een onafhankelijke instelling de kwaliteit van het inspectiewerk van de keurmeesters. ‘We hebben aan het instituut TUV Rheinland gevraagd om jaarlijks de keurende bedrijven aan een audit te onderwerpen’, gaat Van Loon verder. ‘Het betekent dat die keurende bedrijven moeten aantonen dat zij de keuringsvoorschriften van BMWT-Keur strikt volgen en toepassen. Maar daarnaast wordt steekproefsgewijs het werk van de individuele keurmeesters gekeurd. Dat wordt niet opgevat als een hinderlijke controle maar als een bewijs van de deugdelijkheid van het geleverde werk.’ De keurmeester weet immers dat hij gecontroleerd kan worden en zal dus altijd zorgen voor deugdelijke prestaties. Voortbordurend op het succes van BMWT-Keur is daarom BMWT-Rent ontstaan. Een kwaliteitsmerk voor verhuurprocessen volgens duidelijke richtlijnen. Met algemene verhuurvoorwaarden, verzekeringscondities, het diefstalpreventiesysteem van de BMWT en de toepassing van BMWT-Keur, BMWT-Train (het instructieprogramma) en de zekerheid dat het verhurende bedrijf zich conformeert aan het BMWT-Arbobeleid.