De ondernemers aangesloten bij de AVM (Aannemers Vereniging Metselwerken) willen vernieuwen en hun positie in de economie aanzienlijk versterken om het voor de sector slechte economisch tij het hoofd te bieden en dominante hoofdaannemers te kunnen pareren.
AVM-voorzitter Henk Klein Poelhuis maakte dit vorige week bekend tijdens de ledenvergadering in Eemnes bij de presentatie van het beleidsplan voor de komende jaren.
De positie naar zowel toeleveranciers als afnemers wordt aanzienlijk verstevigd en kwaliteiten zullen beter worden geaccentueerd en, indien ze ontbreken, worden bijgespijkerd. Daarnaast worden dwarsverbanden gelegd met aanverwante branches en activiteiten om sterker te staan in de bouwkolom. Ook wordt de focus verlegd van nieuwbouw naar onderhoud en renovatie.
Arbeidsproductiviteit
Dat de economische situatie in het kleinere bouwbedrijf slechter is dan in het grootbedrijf, verklaart het EIB uit de lagere arbeidsproductiviteit. Dit komt weer voort uit het langer in dienst houden van medewerkers in een teruglopende markt. Het kleinbedrijf, benauwd om geen mensen te kunnen krijgen als het straks beter gaat en traditioneel afkerig van het ontslaan van medewerkers die men goed kent en vaak jarenlang in dienst heeft, wordt in feite gestraft voor het socialer zijn dan het grootbedrijf.
Hoofdaannemers
‘Misschien hebben we te veel gehoopt op de toekomst en te weinig gekeken naar de realiteit van het heden’, aldus Klein Poelhuis. ‘Ik bepleit geen massale sanering van arbeidsplaatsen, integendeel, maar een meer realistische blik op de bedrijfseconomische situatie kan geen kwaad’, aldus de AVM-voorzitter.
Ten aanzien van de dominanter wordende positie van grote hoofdaannemers zullen de AVM-leden zich de komende jaren meer en meer als hoofdaannemers gaan manifesteren en een trede opschuiven in de keten. Dit kan door verbreding met aanverwante werkzaamheden, eventueel in corporatie met derden, en door meer verantwoordelijkheid te nemen en aanbieder van totaaloplossingen te worden. Kwaliteit en zekerheid zijn daarbij de onderscheidende voorwaarden.
Geen stenenstapelaars
De AVM-voorzitter is er van overtuigd dat, om de sprong voorwaarts te maken, innovaties in het vak en een toenemend gebruik van materialen, waarbij het metselwerk marginaal is, noodzakelijk zijn. Zeker als in een stagnerende en krimpende nieuwbouwmarkt alle ogen zijn gericht op onderhoud en renovatie. ‘Niets doen betekent geen stilstand, maar achteruitgang. We moeten af van het imago van stenenstapelaars en veel meer koersen op samenwerkingsconcepten en duurzaam bouwen in de gebouwschil. Daar ligt de toekomstige markt voor de AVM-leden’, aldus Klein Poelhuis.