Wat zijn normen? In wezen zijn dit door de industrie zelf opgestelde voorwaarden en details voor bepaalde producten of diensten. Denk aan (metrische) schroefdraad. Door de norm die precies de afmetingen en vormen van schroefdraad vastlegt, past nu altijd de juiste moer op de bout. Hierdoor maakt het dus niet uit waar de bout of schroef vandaan komt, aan de technische aanduiding kan je zien of het past of niet.
Normen maken ons leven dus heel makkelijk en zonder normen zou de huidige industrie niet zo goed kunnen floreren. Export zou dan zeer moeilijk worden. Dus normen zijn zeer nuttig en eigenlijk niet weg te denken. Wel moeten we goed bedenken dat normen geen wetten zijn, maar industriële voorschriften door de industrie zelf opgesteld op basis van ervaringen en wetenschappelijk onderzoek.
Normen worden uitgegeven door zogenaamde norminstituten zoals de NEN in Nederland en de DIN in Duitsland. Norminstituten zijn in principe ook nationaal georganiseerd en op basis van de normaanduiding is snel te zien welk norminstituut voor de betreffende norm verantwoordelijk is. Norminstituten vormen normcommissies die de inhoud van een norm bepalen, maar deze norm ook steeds weer actualiseren als dat nodig is.
Automobiel
Behalve nationale normen, hebben we ook Europese normen herkenbaar aan EN. Verder kunnen grote bedrijven ook hun eigen normen opstellen en bepalen. Iedereen die aan de Duitse automotive industrie levert weet wat ik daarmee bedoel. Grote automobielfabrikanten hebben complete eigen sets normen die dwingend zijn voor hun toeleveranciers.
Normen zijn geen wetten en ze zijn dan ook in principe vrijwillig! Let daarop, want er is veel verwarring over. En dat komt in eerste instantie omdat grote bedrijven normen vaak verplicht stellen voor hun toeleveranciers. Dat noem ik dan een commerciële eis, immers je hoeft deze normen niet te volgen, echter dan mag je ook niet toeleveren. Het blijft dus altijd wel een vrijwillige keuze, weliswaar met grotere consequenties.
Bouwproducten
Ook de overheid misplaatst normen soms als wetten. Dat is het best te zien bij de bouwproductenverordening, de CPR 305/2011. Daarin is aangegeven dat als er een productnorm voor een bouwproduct is, de fabrikant deze verplicht moet hanteren. De EN 1090-1 is hiervan nu het bekendste voorbeeld. Hierbij worden normen tot wet verheven, met soms rare consequenties. U voelt dat ik er niet direct voorstander van ben om normen tot wet te verheffen. Immers normen zijn technische eisen opgesteld door de industrie die deze normen zelf bepaalt. En de industrie is geen wetgever.
Blijft over de ISO. Deze afkorting staat voor International Standard Organisation, ofwel een internationaal norminstituut. Ook de ISO-organisatie stelt normcommissies op om bepaalde normen op te stellen en bij te houden. Nu heeft de ISO een heel stelsel zogenaamde ‘zorgnormen’ opgesteld en dit in een compleet systeem opgezet: de HLS of High Level Structure. Dit houdt in dat alle zorgnormen volgens een vast systeem werken.
De zorgnormen zijn op hoofdlijnen:
ISO 9001 voor een kwaliteitssysteem
ISO 14001 voor een milieuzorgsysteem
ISO 26000 voor maatschappelijk verantwoord ondernemen
ISO 27000 voor een dataveiligheidsysteem
ISO 45001 voor een veiligheidszorgsysteem (vergelijkbaar met VCA of OHSAS 18000)
ISO 13485 kwaliteitssysteem voor de productie van medische toepassingen
ISO 22301 voor een systeem voor bedrijfscontinuïteit
Kern is dat dit alle vrijwillige normen zijn en dat elk bedrijf of elke organisatie geheel zelf kan bepalen of men volgens een dergelijke norm wil gaan werken. Tot dat punt is dat niet moeilijk. Lastiger wordt het als klanten willen dat je aan een van deze normen gaat voldoen en dat je dat aan ze moet bewijzen. In dat laatste geval kan men zijn bedrijf laten certificeren volgens een norm door een externe organisatie. Dat zijn zogenaamde CI’s ofwel certificerende instellingen. Ook de normen zijn certificeerbaar, hetgeen altijd in de norm zelf ook is beschreven.
Raad van Accreditatie
Certificerende instellingen zijn commerciële bedrijven die voor bepaalde normen een accreditatie hebben om externe audits uit te mogen voeren. Deze CI’s staan voor deze normen dan ook zelf onder controle van de Raad van Accreditatie (RvA). Doordat een onafhankelijke CI heeft getoetst dat een bedrijf aan de eisen van een norm voldoet, geeft natuurlijk meer indruk (en een certificaat) dan een zelfverklaring van het betreffende bedrijf. Een tussenvorm is natuurlijk dat klanten een eigen audit bij hun toeleveranciers uitvoeren, maar ISO 9001 is grotendeels opgesteld om maar 1 audit per jaar uit te voeren i.p.v. dat elke klant dat gaat doen.
Dan de belangrijkste vraag: Wat heb je aan een ISO-norm? Dat hangt van de situatie af. Ga er van uit dat deze normen goede systemen beschrijven en actueel zijn en blijven. Wil je jouw bedrijf bijvoorbeeld qua kwaliteit naar een hoger plan tillen, dan is een systeem op basis van de ISO 9001 een goede keuze die zeker positieve resultaten zal opbrengen. Of je jouw bedrijf dan ook moet laten certificeren, hangt van meerdere factoren af waarbij de wensen/eisen van de markt of jouw belangrijkste klanten meestal doorslaggevend zijn.
Conclusie: ISO-normen zijn zeer handig en hebben positieve resultaten. Certificatie volgens deze normen hangt eigenlijk af van de wensen van de klant.