Het effect bij ASML wordt veroorzaakt door gebruik te maken van de walsrichting van het gebruikte aluminium: bij een geanodiseerde gevel met verschillende walsrichtingen is dat goed te zien. Zelfs als de kleuren exact hetzelfde zijn en vooral van een afstand.
In veel gevallen is het materiaal dat bij gevels wordt gebruikt, voorgeschreven door de architect. Er worden in de gevelbouw veel soorten materialen toegepast: composiet, golfplaten, geschuimde panelen of natuurlijk gevelpanelen in aluminium of zelfs staal. Er wordt veel geperforeerd materiaal gebruikt op het ogenblik.
Aluminium wordt meestal vanwege het gewicht gebruikt, en vanwege de duurzaamheid natuurlijk. Staal kan goedkoper zijn, maar het gewicht is bij de montage wel een hindernis en er is meer risico op corrosie. Een kleine beschadiging roest bij staal door, bij aluminium sluit de oxidehuid bij schade juist weer.
Bij aluminium krijgen gevelbouwers meestal te maken met de 5005 lakkwaliteit. Daar worden panelen van gezet die daarna of gepoedercoat of natgelakt worden. Dan zijn alle naden bedekt. Er wordt ook wel eens voorgelakt materiaal gebruikt, maar dan is de kantendekking een probleem: door gelakt materiaal te bewerken, ontstaan er blanke snijkanten, en daardoor zou corrosie op kunnen treden. Achteraf lakken is in principe beter.
Bij anodiseerkwaliteiten zijn verschillende kwaliteiten te onderscheiden: Novelis met 2 kwaliteiten, Aleris 55HX en Hydro-kwaliteit. Het is natuurlijk een voordeel als een leverancier alle drie kan leveren. Met een geanodiseerde gevel worden kleuren bereikt die met lakken niet mogelijk zijn. Anodiseren is als het ware een ‘natuurproduct’: de ‘look’ van het aluminium wordt behouden. Bij anodiseren is het belangrijk dat er kleurmonsters worden gemaakt, met minimale en maximale waarden. Alle facetten van het anodiseerproces zijn van belang. Als het product te lang in het bad hangt, wordt de laagdikte te dik en ontstaan er kleurverschillen. Voor sommige anodiseurs is dat best moeilijk.
Een klant van MCB Nederland vertelde dat er maar twee anodiseurs in Nederland zijn waar hij mee kan werken. Dat zijn de anodiseurs Alumet in Etten-Leur en Alucol in Neer. Die twee kunnen kwalitatief en qua grootte van de baden dingen die andere anodiseurs niet kunnen. Voor machine-onderdelen is een klein bad geen probleem, maar bij gevelpanelen moet het soms drie tot vier meter groot zijn.
Bij het anodiseerproces is de traceerbaarheid van het materiaal ook belangrijk. Er zijn maar twee partijen die coils van Novelis af mogen rollen, de coilstempeling aan de onderkant is belangrijk. Die twee partijen zijn MCB en Thyssen Duitsland. Dan is het altijd traceerbaar. Op het moment dat een gevelbouwer panelen verknalt en platen uit eigen voorraad pakt, zou dat kleurverschillen op kunnen leveren. De fabriek kan met die stempel zien of het probleemmateriaal wel uit hun batch komt.
Gevelbouwers kunnen corrosie voorkomen door regelmatig te reinigen, onderhoud na oplevering is heel erg belangrijk. Een gevel, van welk materiaal dan ook, die niet wordt gereinigd, krijgt geen garantie op het lakwerk. Maar uiteindelijk is goed onderhoud voor iedereen natuurlijk belangrijk.
Het gebruik van robots in fabrieken over de hele wereld blijft in hoog tempo doorgaan:…
Het aantal vacatures nam in het derde kwartaal af met vijfduizend en het aantal werklozen…
De Koninklijke Marine staat voor de uitdaging om zijn vloot te onderhouden, waar die zich…
Soms sta je raar te kijken. Op een gewone dinsdagochtend zei mijn secretaresse dat ze…
Uit onderzoek van Reichelt Elektronik blijkt dat ruim 45 procent van de bedrijven van plan is binnen…
Jörg Machines, fabrikant van plaatbewerkingsmachines, opent in februari 2025 opnieuw haar deuren voor een exclusieve…