Terwijl het aantal faillissementen vorig jaar wereldwijd gemiddeld met veertien procent daalde, verslechteren de vooruitzichten snel. Zo nemen de faillissementen in 2021 naar verwachting met 26 procent toe. Deze kentering doet zich voor in alle belangrijke regio’s en wordt veroorzaakt door de geleidelijke afbouw van fiscale steunpakketten en het heropenen van faillissementsprocedures.
Dat blijkt uit de faillissementsvooruitzichten van Atradius. Het gevolg is dat een deel van de bedrijven die in 2020 zijn gered, dit jaar alsnog het risico lopen om te vallen. In Nederland neemt het aantal faillissementen in 2021 met 44 procent toe ten opzichte van vorig jaar.
Hoewel de vaccinatiecampagnes in veel landen goed op gang zijn gekomen en ondanks de positieve groeivooruitzichten zal in 2021 wereldwijd sprake zijn van een flinke stijging van het aantal faillissementen. ‘In tegenstelling tot vorig jaar verwachten we dat in 2021 het aantal faillissementen wereldwijd flink zal stijgen: met 26 procent’, zegt Theo Smid, econoom van Atradius Nederland. ‘In Nederland wordt de stijging van 44 procent vooral veroorzaakt door een vertraagde doorwerking van de coronacrisis. We kunnen hierdoor helaas niet uitsluiten dat een deel van de bedrijven die zich in 2020 met overheidssteun staande wisten te houden, dit jaar toch kopje onder zullen gaan. Sinds 1 januari is in ons land wel een nieuwe faillissementswet van kracht die de herstructurering van bedrijven buiten de reguliere faillissementsprocedures eenvoudiger moet maken. We hopen dat bedrijven die nu in zwaar weer verkeren hierdoor sneller een doorstart kunnen maken en dat dit de snelle groei van het aantal faillissementen enigszins zal afremmen.’
2020
Vorig jaar, toen de wereld zich in een diepe recessie bevond, was sprake van een heel ander beeld. Toen was wereldwijd juist sprake van een daling van het aantal faillissementen, zelfs in de landen die het zwaarst getroffen waren door de crisis, zoals Spanje (-14 procent), Frankrijk (-40 procent) en het Verenigd Koninkrijk (-27 procent). Ook in Nederland was sprake van een daling (-17 procent), in vergelijking met het al lage niveau van 2019. Alleen in Turkije groeide het aantal faillissementen (+14 procent), mede omdat de fiscale steun van de Turkse overheid beperkt was en de financieringscondities voor het bedrijfsleven in de loop van 2020 krapper werden. Ook Ierland liep vorig jaar met +1 procent enigszins uit de pas met de rest van Europa, al was slechts sprake van een lichte stijging. De dalende trend waarvan vorig jaar nog sprake was, kan volgens Atradius worden verklaard doordat verschillende landen de faillissementswetgeving tijdelijk hebben aangepast om te voorkomen dat bedrijven zouden omvallen. Ook Nederland paste de wetgeving tegen het eind van 2020 aan, wat de faillissementsontwikkeling lijkt te hebben geremd. Ook konden bedrijven in de meeste ontwikkelde landen een beroep doen op steunmaatregelen van de overheid, zoals de NOW-regeling in Nederland.
Aantal faillissementen in 2021 hoger dan vóór pandemie
Doordat deze steunpakketten in de tweede helft van 2021 waarschijnlijk worden afgebouwd, zijn de faillissementsvooruitzichten dit jaar veel minder positief. Hoewel de weg naar herstel is ingeslagen, zullen de meeste landen er eind 2021 nog niet bovenop zijn, verwacht Atradius. Per saldo ligt het aantal faillissementen in vrijwel alle onderzochte landen – behalve in Duitsland (+20 procent), Griekenland (+24 procent), Nieuw-Zeeland (+32 procent) en Roemenië (+12 procent) – aan het einde van dit jaar hoger dan vóór het uitbreken van de pandemie. Spanje en Nederland behoren tot de sterkste stijgers, vergeleken met het niveau in 2019. ‘Zowel Spanje als Nederland kennen traditioneel een relatief sterke reactie van faillissementen op bbp-schommelingen en dat heeft naar verwachting een relatief hoge stijging van het aantal faillissementen tot gevolg. Hier staat tegenover dat in tijden van economische voorspoed de faillissementen ook sneller dan gemiddeld kunnen dalen’, benadrukt Smid. Bovendien bevindt het Nederlandse niveau van faillissementen zich over een wat langere periode nog altijd op een laag niveau, zelfs rekening houdend met de coronacrisis.