Een nieuwe krachtige organisatie die de belangen behartigt van de Nederlandse automotive van supplier tot modulebouwer en eindfabrikant. Dat ziet Paul Krieckaert als sterk punt van de vorige week opgerichte federatie AutomotiveNL.
De nieuwe koepel vervangt de organisaties die zich daarvoor sterk voor de sector maakten, waaronder het innovatieprogramma HTAS, de clusterorganisatie ATC en de High Tech Automotive Campus.
Innovatie
Grofweg zo’n 20 procent meer werknemers en een omzetgroei van 30 procent. Dat zijn de belangrijkste doelen die AutomotiveNL zichzelf heeft gesteld. Uiterlijk 2020 moeten er 55 duizend mensen in de sector werken, tienduizend meer dan de huidige 45 duizend. De door de bedrijven gerealiseerde omzet moet dan zijn gegroeid van 17 naar 24 miljard euro. ‘Om de beoogde omzetgroei te realiseren, zetten we zwaar in op innovatie’, vertelt Paul Krieckaert, directeur van het uitvoerend orgaan dat onder de federatie valt. Daarbij ligt de focus volgens hem op smart mobility (slimme auto’s die met elkaar kunnen communiceren) en future power train (waar alles onder valt van verbrandingsmotor tot en met elektrische aandrijving).
Technici
De beoogde personeelsaanwas in de sector moet er komen door het automotive-onderwijs sterk te promoten. Krieckaert is daar optimistisch over. ‘Ik zie op de campus nu al een positieve beweging. Bovendien spreekt automotive aan vanwege de diversiteit die varieert van studiemogelijkheden in de harde werktuigbouw tot het ontwikkelen van software.’
Ook internationalisatie om de sector over de grens te promoten, is een van de beleidslijnen om de gestelde doelen te halen. Krieckaert noemt verder het aantrekken van bedrijvigheid op de Automotive Campus in Helmond, het kloppend hart van de sector waar ook de nieuwe federatie gehuisvest is.
Topsectoren
Automotive is onderdeel van High Tech Systems en Materialen (HTSM), een van de negen topsectoren waarvoor minister Maxime Verhagen van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie zich inzet. Zijn beleid moet leiden tot evenzoveel ijzersterke sectoren. De nieuwe federatie draagt daaraan bij met projecten waarin bedrijven en kennisinstituten samenwerken. Die krachtenbundeling is volgens bestuurslid en ondernemer Coen van Gemert cruciaal.
‘Een auto is een en al vernuft. Individueel hebben bedrijven te weinig kennis en kunde in huis om bij belangrijke ontwikkelingen een technologische rol van betekenis te kunnen spelen.’
Door samenwerking tussen bedrijven en kennisinstituten kunnen volgens hem kansrijke projecten worden geïnitieerd. ‘De sector heeft daar daadwerkelijk wat aan. Er wordt samen gewerkt aan nieuwe vindingen die uiteindelijk ook op de markt komen. Alleen zouden bedrijven daar niet of heel moeilijk in slagen. Met name dat is de meerwaarde van de nieuwe federatie.’ Van de vierhonderd bedrijven die de sector telt, zullen er naar verwachting zo’n driehonderd lid van de federatie worden.