Ruim vier op de vijf gemeenten hebben beleid op papier staan voor het gebruik van FSC-hout. Gemeenten controleren echter onvoldoende of die beleidsvoornemens ook in praktijk worden gebracht, zo oordeelt het WNF.
Dat staat in het onderzoek ‘De bomen en het bos’, dat vandaag is gepubliceerd. Het rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek naar het gebruik van FSC-producten door Nederlandse gemeenten, provincies en waterschappen in opdracht van het Wereld Natuur Fonds (WNF). Het is een vervolg op een eerder onderzoek in 2009.
Het percentage gemeenten dat beleid voert op gebruik van FSC-producten is ten opzichte van 2009 maar licht gestegen: van 83 naar 85 procent. Tweederde van de gemeenten schrijft FSC-hout voor in de bouwprojecten waarvan ze zelf opdrachtgever zijn. Ook zegt 59 procent van de gemeenten alleen FSC-papier te gebruiken.
Het WNF vindt het zorgelijk dat een kwart van de gemeenten die ‘FSC-beleid’ op papier heeft staan, in de praktijk niet controleert of ook daadwerkelijk FSC-producten worden gebruikt. Lagere overheden die wel controleren doen dat vaak steekproefsgewijs. Meestal controleren ze dan of het FSC-logo op de factuur of het product staat. Slechts 9 procent van de gemeenten werkt uitsluitend met FSC-gecertificeerde aannemers.