‘De bouw-cao moet aantrekkelijk blijven voor werkgevers en voor werknemers, voor jongeren en oudere medewerkers. Maar ook voor leerlingen. De huidige cao is niet toekomstbestendig, door de regeldichtheid, de veelvoud aan gedetailleerde regelgeving en de beperking van de mogelijkheden voor afspraken op maat’, zo vat voorzitter Elco Brinkman de opvattingen samen van Bouwend Nederland, aan het einde van de jaarlijkse Bestuurdersdag, afgelopen vrijdag.
Alle geledingen van Bouwend Nederland waren daarbij vertegenwoordigd. Zij concludeerden dat de sectoren in de bouwnijverheid door branchevervaging naar elkaar toe groeien. Bouwend Nederland ziet dat de bouwsector toe is aan een brede, modernere cao. Daarom wil Bouwend Nederland de cao vernieuwen, via intensieve samenwerking met andere werkgeversorganisaties en in samenspraak met de vakbonden.
Jong Bouwend Nederland
‘Als wij een moderne sector willen zijn, dan horen daar ook maatwerkafspraken met werknemers bij over werk en privé’, aldus Jeroen Eijkelboom, voorzitter van landelijk Jong Bouwend Nederland, het platform van jonge (toekomstige) eigenaren en managers van de lidbedrijven. Eijkelboom, zelf directeur van een aannemingsbedrijf, een schildersbedrijf en een installatiebedrijf, ziet de wereld om zich heen veranderen en vindt dat de sector mee moet bewegen. Dat geldt ook voor de bouw-cao.
Hoge kosten
De sector blijft behoefte houden aan een cao als arbeidsvoorwaardeninstrument, zo bleek ook uit een onlangs gehouden enquête. Maar de huidige cao kenmerkt zich te veel door hoge kosten en inflexibiliteit. ‘Dat moet veranderen’, zegt Frank Castricum, bestuurder van de afdeling Alkmaar en eigenaar van een betonbouwbedrijf met 45 medewerkers, ‘anders prijzen wij ons op termijn uit de markt als een onaantrekkelijke werkomgeving’.