ChipTech-cluster voor de Regio Arnhem-Nijmegen-Wageningen?

Oost NL heeft, samen met Noviotech Campus en acht Nijmeegse bedrijven, de ambitie om van ChipTech Nijmegen-Arnhem-Wageningen een toonaangevende hub voor semiconductors te maken. Deze samenwerking richt zich op bedrijven, kennisinstellingen en overheden binnen de eigen regio en de regio’s Twente, Eindhoven en Leuven.

De betrokken bedrijven zijn NXP Semiconductors, Nexperia, ITEC, NTS Optel, EPR Technopower, Chip Integration Technology Center (CITC), Neways Electronics International NV en Ampleon. Hun gezamenlijke concept ambitiedocument is inmiddels gepresenteerd aan ondernemers, kennisinstituten en andere partners in de regio.

De gezamenlijke visie is het bouwen van een cluster dat inspeelt op de sterke punten van de regio. Deze omvatten de uitgebreide kennis van chipproductie, een ecosysteem van innovatieve en kennisintensieve mkb-ers, expertise in Advanced Packaging en het strategische potentieel van de regio. Dit cluster zal de regio op regionaal, nationaal en Europees niveau profileren en positioneren. Het biedt goede vestigingsvoorwaarden, bevordert de aantrekking en het behoud van talent en versterkt de as Twente-Arnhem-Nijmegen-Eindhoven als essentieel onderdeel van de semiconductors keten in Nederland en Europa.

Ambitielijnen

Om deze visie te realiseren, zijn er vier ambitielijnen voorgesteld die versnelling vereisen. Tijdens een werksessie gaven aanwezigen feedback op het ambitiedocument en werkten zij in verschillende werkgroepen aan concrete acties om deze ambitielijnen te realiseren.

Ron van der Kolk, projectmanager Tech bij Oost NL is enthousiast over de stappen die al gezet zijn: ‘De afgelopen periode hebben we al prettig samengewerkt met Gemeente Nijmegen, Provincie Gelderland, Noviotech Campus, Briskr, High Tech NL en The Economic Board Regio Arnhem Nijmegen. In de komende maanden breiden we de samenwerking met alle betrokken partijen verder uit. Zo blijven we bouwen aan het chiptechnologiecluster ChipTech Arnhem Nijmegen Wageningen, zodat we als collectief effectief kunnen opereren op regionaal, nationaal en Europees niveau.’