Directeur Evenementenhal groep Theo Schennink over bestaansrecht beurzen

Foto van: Rolf Elling
Geplaatst door Rolf Elling

Theo Schennink is commercieel directeur van Evenementenhal Hardenberg, Venray en Gorinchem. Daarnaast bestiert hij een Duitse locatie in Bad Salzuflen. Met een hallencomplex is recent een overeenkomst gesloten om vooralsnog tien weken per jaar deze locatie te huren voor vakbeurzen. In totaal zet de Evenementhal groep tussen de 40 en 50 miljoen euro per jaar om en heeft gemiddeld zo’n tweehonderd werknemers in vaste dienst, aangevuld met zo’n achthonderd inleenkrachten.

 

Schennink bespiegelt de rol en de toekomst van vakbeurzen. Dat deze gaat veranderen is zeker. Maar aan een aspect zal niet worden getornd. En dat is de full-service formule. ‘Deze is heilig en bovendien uniek in de wereld. De formule wordt bijzonder gewaardeerd door de standhouders. Het is een concept waarin alles zit, de standhuur, de aankleding, de catering, de uitnodigingsservice, het standhouders diner, kortom het ontzorgt de standhouder waardoor hij alle tijd kan gebruiken om bezoekers te ontvangen en te spreken.’

Bezoekerskwaliteit

Het gehalte aan 65 plussers is nog wel eens aan de hoge kant tijdens de vakbeurzen. ‘Maar’, zo weerlegt Schennink, ‘dit ligt voor een deel aan de standhouders zelf. Zij zorgen zelf voor de uitnodigingen van bezoekers door de uitnodigingsservice die we aanbieden aan alle standhouders. Ook hieraan is en wordt met succes gewerkt. Inmiddels wordt de werving van bezoekers op een andere wijze ingeschoten. Met registratiekaarten waarbij de bezoekers zichzelf moeten registeren via een portal. In enkele stappen, maximaal vijf, zijn ze er door heen en aangemeld. En zoals gezegd, de exposant zelf zorgt voor deze uitnodigingen. We faciliteren hierin. Wel verwacht ik dat de service hierbinnen zich verder zal toespitsen op de kwaliteit van de bezoekers. Zo zou je je kunnen voorstellen dat de standhouder een seintje krijgt als een van zijn bezoekers bij de ingang staat van het complex. En als de geregistreerde bezoeker zich in de eerste twee dagen van de beurs zich nog niet heeft laten zien, kan er een reminder worden gestuurd.’

Weinig bestaansrecht

Schennink is er van overtuigd dat vakbeurzen niet zomaar verdwijnen. ‘Vakbeurzen zoals ze nu en in het verleden zijn neergezet, hebben weinig bestaansrecht meer. Kijk naar het begin van onze Evenementenhal groep. Herman van der Most startte in 1997 met een eerste vakbeurs in Hardenberg. Dit was een landbouwbeurs waar zich toen veertig standhouders voor hadden ingeschreven. En nu, zestien jaar later organiseren we vijf landbouwbeurzen voor de brede agrarische sector per jaar waar ruim 1.500 standhouders voor worden genoteerd.’ De evenementenhal groep doet rond de honderd vakbeurzen per jaar en heeft daarvoor drie verschillende locaties tot haar beschikking, zoals bekend Evenementenhal Hardenberg, Gorinchem en Venray.

Meer kennis

Wat de vakbeurzen, de marktplaatsen van weleer, moeten en zullen gaan worden, is naast een vakbeurs een kennisevent. Zowel de bezoekers als de standhouders zijn in hoge mate geïnteresseerd in kennis. Dit kan gaan om nieuwe technologieën, wat zijn de ontwikkelingen hoe zit het met de marktkansen waar ligt potentieel. Kortom, het gehele scala aan aspecten waar de ondernemer dagelijks mee te maken heeft, is interessant.’

In het verleden hadden de standhouders een beurs nodig om een noviteit te laten zien. Nu is een noviteit binnen een dag over de gehele wereld.

Meer naar beleving

En toch zie ik dat bezoekers aan een beurs willen voelen, willen zien, willen aanraken, vastpakken en uitproberen. Het geheel is de beleving van mensen om andere zaken en personen gewoon ‘live’ te willen zien. Dit aspect blijft in mijn optiek de basis voor een beursbezoek. Innoveren gebeurt echt nog wel en deze innovaties zullen bedrijven ook nog zeker laten zien op de beurs, maar daarnaast is het ‘meet and greet’ gebeuren waarbij het persoonlijk contact belangrijk is en blijft.

De inzet van de exposant zelf is bepalend voor het succes van zijn deelname aan een beurs. ‘Niet alleen in het gehele voortraject, een goede voorbereiding is al de helft van het succes, maar ook tijdens de beurs moeten de standhouders zich goed laten zien. Hierbij is een proactieve houding in de stand een must.’

Regionaal

De beurzen van Evenementenhal groep hebben een regionaal karakter. ‘En dat willen we zo houden. Kijk bijvoorbeeld naar TIV, deze doen we op alle drie de locaties en ze voldoen binnen de regio nog steeds in een bepaalde behoefte. In Hardenberg hebben we de laatste editie gecombineerd met Metavak en Vilo. Ook bewust, we kijken dan naar de impact van alle drie de beurzen en op welke wijze ze complementair aan elkaar zijn. Het verschilt overigens sterk per sector, maar de maakindustrie is er één waarbinnen dit concept prima past. Bovendien merkten we dat het aantal standhouders voor deze beurzen individueel wat terugliep.

Aan de andere kant zien we dat de beurs Construction & Shipping Industry zich positief heeft onderscheiden. Deze beurs is het ‘lokale’ overstegen en uitgegroeid naar een landelijk evenement. Dit laat zien dat we de lokaal getinte beurzen de kans geven om door te groeien naar een landelijk event.’

Mogelijkheden in Duitsland

In 2012 zijn de eerste contacten gelegd met Duitse hallencomplexen. ‘We zien op korte termijn vooral in de Duitse deelstaat Nordrhein Westfalen, Niedersachsen en Schleswig-Holstein kansen om events te gaan organiseren. We starten dit jaar in Nordrhein Westfalen met twee beurzen voor de brede transportwereld en de landbouwsector. Het streven is om rond de honderd exposanten te contracteren.’ Schennink heeft een Duits team aangesteld die de Duitse markt moet gaan bewerken. ‘Logisch, want de Duitse markt zit nu eenmaal anders in elkaar dan de Nederlandse. Ook is het ‘werkgebied’ veel groter dan in Nederland. In Nederland werken we in een omtrek van zo’n honderd kilometer rondom het beurscomplex, in Duitsland ligt dat op driehonderd kilometer. De verklaring is simpel. Duitsers zijn gewend om veel langere afstanden te rijden.’

Met gepaste trots toont Schennink de nieuwe logo´s. ‘In Duitsland wordt het natuurlijk Messe, met hieronder ‘Hal’ in hoofdletters. ‘Kijk, zo besluit hij,’ dit woord Hal moet het gaan worden, niet alleen in Nederland en Duitsland, maar internationaal.’

www.evenementenhal.nl en www.messe-hal.de