Afhankelijkheid maakt kwetsbaar; dat is één van de conclusies van de FME-beleidsagenda ‘Europa in de wereld: Een sterk Europa voor een sterke Nederlandse technologische industrie’. Voor oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen is Nederland afhankelijk van wereldhandel.
De laatste jaren is de wereldhandel echter vaker ontregeld. Als klein land kunnen we geen vuist maken op dit onzekere wereldtoneel. Voor de toekomstbestendigheid van de technologische industrie moeten we als Europese Unie een sterk blok vormen in de wereld.
FME-voorzitter Theo Henrar reikte de FME-beleidsagenda ‘Europa in de wereld: Een sterk Europa voor een sterke Nederlandse technologische industrie’ uit aan Liesje Schreinemacher, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Schreinemacher: ‘Je moet als Nederland en Europa relevant zijn in de wereld. De producten en diensten die jouw bedrijfsleven produceren, moeten toonaangevend zijn en oplossingen bieden voor maatschappelijke uitdagingen. Daar zien we dat Nederlandse technologische maakbedrijven echt hun rol pakken. Niet alleen de grote bedrijven, maar juist ook de vele mkb-bedrijven in Nederland die vaak specialist zijn in nichemarkten. Vanuit die unieke rol die onze technische bedrijven innemen en de mensen die daar werken, zouden de Nederlandse en Europese overheid een veel sterkere geopolitieke vuist moeten maken.’
Maatschappelijke ontwikkelingen
Wie denkt dat de veranderende internationale verhoudingen een ver-van-het-bed show zijn, heeft het mis. Volgens FME-voorzitter Theo Henrar zijn goede internationale relaties cruciaal voor FME-lidbedrijven om een rol te kunnen blijven spelen rond maatschappelijke ontwikkelingen: ‘We willen in onze ziekenhuizen hoogwaardige medische apparatuur. We willen in onze telefoons de beste chips. Onze auto’s, bussen en vrachtwagens willen we elektrisch laten rijden en op zee willen we offshore windturbines installeren met innovatieve schepen. In ziekenhuizen en scholen staan warmtepompen en we willen het elektriciteitsnet verzwaren. Uiteindelijk komt het erop neer dat technologische bedrijven de oplossingen bieden voor de hedendaagse maatschappelijke vraagstukken. Daarvoor zijn onze bedrijven afhankelijk van internationale handel en een internationaal gelijk speelveld. De toename aan sancties en protectionisme maakt dit speelveld echter steeds onvoorspelbaarder. ‘
Europees perspectief vereist
Internationale waardeketens zijn de afgelopen decennia grotendeels ingericht op basis van efficiëntie. Zo’n vijftig procent van de internationale handel vindt nu plaats via deze waardeketens. Technologische waardeketens zijn bij uitstek lang en complex. Een chip passeert soms wel zestig landsgrenzen in het proces van grondstof tot consument. Een opeenstapeling van verstoringen van toeleveringsketens legde de afgelopen jaren verschillende kwetsbaarheden bloot. Henrar: ‘We hebben door de hoge container-, grondstoffen- en energieprijzen allemaal ervaren hoe nauw Nederland en Europa verweven zijn met het buitenland. Daarbij komt dat Europa in de strijd om technologische suprematie tussen de VS en China nu nog te vaak een speelbal is in plaats van een speler. En hoewel de Europese interne markt nu nog de grootste van de wereld is, lijkt het er echter op dat onze economische machtspositie af zal nemen. Eensgezindheid is het sleutelwoord om dit tij te keren.’
Open en eerlijke handel
Door open en eerlijke handel is Europa bovendien in staat om haar economische weerbaarheid te vergroten, politieke relaties te versterken, naleving van arbeidsrechten te stimuleren en verduurzaming aan te jagen. Het afsluiten van moderne handelsverdragen is hierbij van strategisch belang. Dit maakt exporteren en importeren makkelijker voor bedrijven. Bij dergelijke verdragen zijn er bovendien ambitieuze hoofdstukken over onderwerpen als het tegengaan van ontbossing en het beschermen van werknemersrechten.