FME is verheugd over het besluit van minister Kamp van SZW een pilot in te stellen die een einde moet maken aan de rompslomp voor de industrie bij het laten overkomen van werknemers van partnerbedrijven van buiten de EU. FME-voorzitter Ineke Dezentjé Hamming-Bluemink: ‘Deze pilot is een geweldige eerste stap in het wegnemen van een van de grootste ergernissen van internationaal opererende bedrijven. FME heeft zich hier jarenlang hard voor gemaakt.’
In diverse sectoren van de technologische industrie is de komst van werknemers van buitenlandse klanten of partnerbedrijven nodig. Zo hoort bij de levering van complexe machines ook het geven van trainingen aan medewerkers van de buitenlandse afnemer. Hoewel het hierbij niet gaat om het invullen van openstaande vacatures, wordt toch een tewerkstellingsvergunning verplicht gesteld om deze medewerkers naar Nederland te laten overkomen. De aanvraag daarvan kost bedrijven veel tijd en veel gedoe.
Papierwinkel
De pilot waartoe nu is besloten moet een eenvoudiger en klantvriendelijker systeem inluiden. Bedrijven met een jaaromzet vanaf 50 miljoen euro hoeven in de komende twee jaar geen tewerkstellingsvergunning aan te vragen voor mensen van buiten de EU als het gaat om een order van meer dan 5 miljoen euro. Melding bij het UWV volstaat. FME heeft in de afgelopen maanden samen met SZW en een aantal bedrijven de voorstellen uitgewerkt die tot de pilot hebben geleid. Dezentjé Hamming: ‘Nu worden deze bedrijven niet langer opgezadeld met een enorme papierwinkel die niet alleen sterk vertragend werkt, maar die ook een belangrijke belemmering is voor internationaal zakendoen.’
Topsectorenbeleid
Volgens de FME-voorzitter toont de minister met dit besluit ‘begrip voor het mondiale karakter van onze industrie. Hij erkent de daaruit voortvloeiende noodzaak voor onze bedrijven tot nauwe samenwerking met partners die verspreid zijn over de hele wereld. Bovendien draagt dit besluit bij aan de geloofwaardigheid van onze technologische industrie op de mondiale markt. Want als bijvoorbeeld een Chinees bedrijf bereid is 100 miljoen te investeren in een samenwerking met een Nederlandse partner, dan wil je ze niet frustreren met zinloze regels en verplichtingen.’
Ook voor de uitvoering van het Topsectorenbeleid is deze pilot een opsteker. Innovatie en internationalisering staan daarin immers centraal en soepel verkeer van werknemers is dan een voorwaarde tot succes. En dit besluit past in het kabinetsbeleid de regeldruk te verminderen.
Dezentjé Hamming benadrukt dat ‘als wij onze positie als exporterend land serieus nemen, we ook mensen van buiten – mensen die bijdragen aan de verdienkracht van ons land – gastvrij en zonder belemmeringen hier moeten ontvangen. Met de pilot is een belangrijke stap in deze richting gezet.’