FME: Kabinet moet gelijk speelveld Nederlandse industrie herstellen

Foto van: De redactie
Geschreven door De redactie

FME vindt dat het kabinet 436 miljoen euro per jaar moet reserveren om de torenhoge elektriciteitskosten van de industrie te compenseren. Dit is nodig omdat uit onderzoek blijkt dat de kosten van elektriciteit per KWh voor de industrie in België, Duitsland en Frankrijk 50-66 procent lager liggen dan in Nederland.

Nederland is het enige Europees land dat enkele compensatieregelingen – ter waarde van 436 miljoen euro – heeft geschrapt. Hierdoor ontstaat een ongelijk speelveld met het risico op verlies van investeringen en productie bij bedrijven in Nederland. FME vraagt het kabinet dringend de elektriciteitskosten te compenseren door herstel van de eerder geschrapte regelingen. Hierdoor kunnen Nederlandse bedrijven weer in een gelijk speelveld concurreren.

Theo Henrar, voorzitter van FME: ‘Het aandeel van de Europese industrie in de wereldeconomie is tussen 2001 en 2021 gedaald van 22 naar 14,5 procent. De Europese industrie betaalt voor energie significant meer dan bedrijven in Azië en de Verenigde Staten. Binnen Europa is Nederland ook nog het duurste jongetje van de klas, daarom is actie van het kabinet hoogst noodzakelijk, anders dreigt verdere de-industrialisatie.’

Forse toename elektriciteitskosten

Naast het ongelijke speelveld maakt FME zich ook grote zorgen over de ontwikkeling van de zogenoemde netwerkkosten in Nederland, met name bij de stroomnetten. De netwerkbedrijven gaan tot 2035 minimaal acht miljard euro per jaar investeren. Bijvoorbeeld om de stroom van windparken op zee te transporteren naar alle provincies van Nederland. Deze investering van honderd miljard euro gaat – als er niets verandert – betaald worden door alle gebruikers van energie. De industrie zal hierdoor de komende jaren geconfronteerd worden met een ongekende toename van netwerkkosten, waardoor het verschil in elektriciteitskosten met andere landen verder toeneemt. FME voorziet een forse toename van elektriciteitskosten voor de bedrijven veroorzaakt door hogere: netwerkkosten, energiebelastingen en leveringskosten van energie.

Oproep aan kabinet

Vanwege het komende kabinetsoverleg over de begroting 2025 heeft FME minister Sophie Hermans van het ministerie van Klimaat en Groene Groei een brief gestuurd met daarin de analyse van het probleem en voorstellen voor maatregelen. FME stelt in de brief drie zaken voor:

  1. Verleng de Compensatie Energie-intensieve Industrie (CEI) regeling tot en met 2030. Hiervoor is jaarlijks 186 miljoen euro nodig.
  2. Herstel de Volume Correctieregeling elektriciteit (VCR) en koppel uitbetaling hiervan aan het nemen van maatregelen voor het verlagen van netcongestie.
    Hiervoor is jaarlijks 250 miljoen euro nodig.
  3. Financier de honderd miljard euro aan benodigde investeringen voor netwerken gedeeltelijk uit collectieve middelen.

FME stelt voor de om de 436 miljoen euro voor de CEI- en VCR-regelingen vanaf 2025 te financieren vanuit de ongeveer één miljard euro die Nederland jaarlijks ontvangt vanuit de Europese Commissie. Deze inkomsten zijn afkomstig van de Nederlandse bedrijven die onder het Europese ETS-systeem vallen en zo CO2-belasting betalen over hun fossiele energieverbruik. Op deze wijze dragen CO2-belastingen van de industrie bij aan de energietransitie door de industrie en herstelt het kabinet een gelijk speelveld voor de Nederlandse industrie. Alleen dan kan de Nederlandse industrie op tijd en met succes verduurzamen. Dat is belangrijk voor de werkgelegenheid en het toekomstige verdienvermogen van Nederland.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Reacties (1)

  1. (Bijna) iedereen heeft meegeholpen aan een onnodige -ik schat maar wat- verdubbeling van de bedrijfskosten. De bonden voorop! Tsja, de economie drijft op de bedrijven, dus als je schade aan je economie toe wil brengen, dan breng je schade toe aan het bedrijfsleven. Hoe dom kun je zijn. En nou zitten we met de gebakken peren. Die ook onbetaalbaar zijn geworden. Vooruit, dan nemen we maar een biertje. Oh, nee, ook al onbetaalbaar. Glas water dan? Idem en begint zelfs beperkt beschikbaar te worden. Wat een organisatie, wat een wereld. Gelukkig hebben we wel geld genoeg voor munitie en wapens!