Actueel

FME: stel meldplicht gevaarlijke stoffen uit

Bedrijven moeten na 5 januari 2021 gevaarlijke stoffen in hun producten laten opnemen in de Europese SCIP-database (Substances of Concern in Products). FME doet , samen met veertig Europese brancheorganisaties, een oproep aan de voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen: stel de meldplicht met twaalf maanden uit en start een onderzoek naar nut en noodzaak hiervan.

FME waarschuwt al sinds 2018 dat de meldplicht onuitvoerbaar en onbetaalbaar is. Uit onderzoek bij technologische bedrijven door de Europese koepel van FME, Orgalim, blijkt dat de kosten van de SCIP database voor het mki in het eerste jaar tussen de 80.000 en 480.000 euro bedragen. Voor grote bedrijven gaat het om een bedrag tussen de 800.000 en 3,2 miljoen euro. Daar komt nog bij dat de afval- en recyclingbedrijven, voor wie de database bedoeld is, zeggen nietsmet de SCIP database te kunnen. FME wil voorkomen dat er zonder enig milieudoel miljarden over de balk worden gegooid.

De Nederlandse industrie maakt zich ernstig zorgen over de werkbaarheid, proportionaliteit en waarde van de SCIP-database. De meldplicht geldt voor de zogeheten ‘Candidate list of Substances of Very High Concern’ met 209 gevaarlijke stoffen. Alle producten die in Europa op de markt worden gebracht, inclusief alle import uit niet Europese landen, moeten aan de lijst getoetst worden.

De 40 ondertekenaars van de oproep vragen aan EC-president Von der Leyen onmiddellijk actie te ondernemen:

  1. Stel de SCIP-notificatiedeadline van 5 januari 2021 uit met ten minste twaalf maanden nadat de database is voltooid;
  2. Voer een onderzoek uit naar het nut, de haalbaarheid, de proportionaliteit en de impact van de database en;
  3. Geef het Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA) de opdracht om de SCIP-database aan te passen aan de uitkomst van een dergelijk onderzoek.
De redactie

View Comments

  • Helemaal eens met uitstel, veel liever nog definitief afstel. Behalve dat het onbetaalbaar is kan een fabrikant er waarschijnlijk niet eens aan voldoen. De ervaring leert dat je van een heleboel maakdelen die je elders aanschaft de benodigde gegevens voor de samenstelling van het deel niet kunt krijgen omdat de fabrikant ze niet heeft of niet beschikbaar wil stellen. Testen van al deze onderdelen is in de praktijk onmogelijk. Wat mij betreft dus niet invoeren. Wij zijn een middelgroot bedrijf met heel veel verschillende producten en hebben al meer dan genoeg moeite om aan de huidige wirwar van EG wetgeving te voldoen, laat staan dat we dit er nog eens bij krijgen.

Recent Posts

Arbeidsmarkt iets minder krap in derde kwartaal

Het aantal vacatures nam in het derde kwartaal af met vijfduizend en het aantal werklozen…

15 uur ago

Koninklijke Marine 3D-print reserveonderdelen (video)

De Koninklijke Marine staat voor de uitdaging om zijn vloot te onderhouden, waar die zich…

17 uur ago

Column Joachim Driessen: Op staande voet

Soms sta je raar te kijken. Op een gewone dinsdagochtend zei mijn secretaresse dat ze…

18 uur ago

In zes stappen een cobot integreren

Uit onderzoek van Reichelt Elektronik blijkt dat ruim 45 procent van de bedrijven van plan is binnen…

18 uur ago

Huisbeurs in herhaling voor Jörg Machines

Jörg Machines, fabrikant van plaatbewerkingsmachines, opent in februari 2025 opnieuw haar deuren voor een exclusieve…

18 uur ago

Zesde FD Gazelle Award voor ConstruSteel

Softwarebedrijf ConstruSteel behoort in 2024 wederom tot de snelst groeiende bedrijven van Nederland en daarom…

19 uur ago