Er is mogelijk minder schaarste aan metalen die cruciaal zijn voor de energietransitie dan aanvankelijk verwacht. Dat blijkt uit een analyse van Internationaal Energieagentschap (IEA). De vraag naar metalen als kobalt, lithium, en nikkel blijft onveranderd groot, maar door investeringen in nieuwe mijnen kan de honger gestild worden.
De vraag naar metalen die cruciaal zijn voor de energietransitie is booming. Denk bijvoorbeeld aan de grondstoffen voor de productie van elektrische auto’s, windmolens, zonnepanelen en andere groene technieken. Het Internationaal Energieagentschap (IEA) stelt de waarde van deze grondstoffen in 2022 vast op 320 miljard dollar, een verdubbeling in vijf jaar tijd.
Voor bepaalde metalen is deze stijging nog groter. Zo verdrievoudigde tussen 2017 en 2022 de vraag naar lithium. De vraag naar kobalt en nikkel steeg in deze periode met respectievelijk veertig en zeventig procent. Door de groene ambities van onder andere de Europese Unie, dat naar CO2-neutraliteit streeft tegen 2050, bestond hierdoor lange tijd de vrees dat er een enorme schaarste aan grondstoffen op de loer lag.
Investering in mijnen voor ontginning metalen
Volgens de recente analyse van het IEA kan dat dus mee vallen. In reactie op de sterk gestegen vraag, namen de investeringen in het delven en verwerken van kritische grondstoffen namelijk ook sterk toe. In 2021 zou het gaan om een stijging van twintig procent, vorig jaar was de stijging zelfs dertig procent.
De investering in (nieuwe) mijnen zou de honger naar nieuwe grondstoffen in theorie kunnen stillen. Desondanks blijven er volgens het IEA de nodige adders onder het gras schuilen. Het wijst onder andere op de concentratie van grondstoffen in bepaalde gebieden. Daarnaast is het onzeker of alle geplande projecten doorgaan en op welke termijn. Het vergunningentraject, voorafgaand aan de opening van een nieuwe mijn, kan soms jaren in beslag nemen.