ING Kwartaalbericht: Maakindustrie stabiel in 2013

Hoewel de productieniveaus in de Nederlandse maakindustrie gemiddeld nog vrij goed zijn, is de groei er al enige tijd uit. Met name in de kapitaalgoederenbranches, zoals de machinebouw en transportmiddelenindustrie, is er een duidelijke afname in productie en omzet zichtbaar.

Dat concludeert het ING Economisch Bureau in haar Kwartaalbericht Maakindustrie.

De aanhoudende crisis in Europa en de effecten die dit heeft op de mondiale economie hebben ertoe geleid dat de groeimotor voor de Nederlandse maakindustrie, de export, hapert. Ook de afkoeling van de Aziatische economie en de terugval in groei in Amerika doet de industriële export geen goed. De productie-ontwikkeling van de Nederlandse maakindustrie is hiermee in het derde kwartaal verder onder druk komen te staan en zal in het vierde kwartaal niet of nauwelijks verbeteren.

De dalende buitenlandse vraag komt bovenop een al krimpende binnenlandse afzet waardoor de productie over heel 2012 in de maakindustrie zal afnemen met 3 procent. De daling is het grootst in de transportmiddelenindustrie en machinebouw.

Toeleveranciers metaal, rubber en kunststof

Toeleveranciers uit de metaal en rubber- en kunststofbranche hebben niet alleen te maken met afnemers uit de kapitaalgoederenindustrie die minder produceren. De bouwsector, goed voor zo’n 30 procent van de binnenlandse afzet, bevindt zich nog altijd in een dal. De voedingsindustrie, traditioneel een stabielere sector, biedt voor verpakkingsbedrijven uit de rubber- en kunststofbranche nog enig tegenwicht.

Overcapaciteit

De rubber- en kunststofindustrie realiseerde in het derde kwartaal nog een omzetgroei, weliswaar door prijsstijgingen. In de metaalbranche drukken lagere prijzen juist de omzet, vooral goed zichtbaar in de basismetaal. Voor zowel de rubber- en kunststof- als de metaalsector geldt dat er een situatie van overcapaciteit heerst, waardoor marges onder druk blijven staan.

VS en Azië

De economische vooruitzichten zijn voor met name de Verenigde Staten en Azië niet ongunstig. De Nederlandse maakindustrie, in het bijzonder de eindfabrikanten in de elektrotechnische industrie en machinebouw zijn relatief goed aangesloten op deze markten.

Machinebouw

Hoewel de groeimarkten zich voornamelijk buiten Europa bevinden, is de grootste afzetmarkt nog altijd Duitsland. In 2011 verkocht de Nederlandse maakindustrie voor ruim 10 miljard euro in Duitsland. Met name de indirecte export via Duitsland naar de opkomende economieën en Noord- Amerika biedt voor Nederlandse ondernemers dichterbij huis groeimogelijkheden. Voor de Nederlandse industriële toelevering liggen de grootste kansen richting de specialistische machinebouw en elektrotechnische bedrijven.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *