Met het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie werkt het kabinet aan een oplossing voor de gestegen energiekosten van de industrie. De energie-intensieve industrie levert veel producten die we dagelijks gebruiken. Denk aan zink wat nodig is voor hightech producten, glas en cement voor onze huizen, basischemie voor onze microchips. Door de verdere stijging van de energieprijzen staat deze industrie, de verduurzaming en ook de strategische en economische positie van Nederland onder druk.
Het gaat om bedrijven die veel aardgas en elektriciteit verbruiken bij de productie of als grondstof. Voor deze bedrijven wordt het steeds lastiger om te concurreren met bedrijven of import uit landen met lagere energieprijzen. Het kabinet maakt zich zorgen over deze situatie en onderzoekt een aanpak die bedrijven meer zekerheid en stabiliteit kan bieden op de langere termijn. Dat schrijft minister Adriaansens van Economische Zaken en Klimaat mede namens minister Schreinemacher voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenleving aan de Tweede Kamer.
Dilemma’s
Door de structureel hoge energieprijzen en energiesubsidies van andere landen staat het kabinet voor een dilemma. Aan de ene kant horen minder produceren, het verplaatsen of stopzetten van productie door nieuwe marktomstandigheden bij een gezonde marktdynamiek. De verminderde beschikbaarheid van energie leidt tot snellere verduurzaming en energiebesparing bij bedrijven.
Aan de andere kant zetten de huidige energieprijzen de duurzaamheidsdoelen, strategische en economische positie van Nederland onder druk. Bedrijven schakelen terug of overwegen hun productie te verplaatsen. Minister Adriaansens: ‘Nederland heeft de energie-intensieve industrie hard nodig. Zonder basischemie geen microchips of medicijnen. Zonder meel, dranken en zuivelverwerking is een deel van de supermarkt leeg. En zonder staal, aluminium en zink staan de hightech industrie, defensie-industrie en mobiliteit stil. Daarom wil ik risicovolle, strategische afhankelijkheden van andere landen op dit vlak vermijden.’
Het is echter kostbaar om de gestegen energiekosten voor de industrie te compenseren. Bovendien kunnen subsidies de markt ernstig verstoren en de energieprijzen nog verder laten stijgen, doordat de vraag naar beperkt gas daarmee weer toeneemt en de prikkel om te verduurzamen wegvalt.
Versnelling van verduurzaming
Een blijvende oplossing is de industrie versneld verduurzamen. Hoe sneller Nederland en de EU erin slagen om te verduurzamen en minder afhankelijk te worden van fossiele energiebronnen, hoe eerder de concurrentiepositie kan herstellen. Met het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie werkt het kabinet hier aan. Bijvoorbeeld door voorrang te geven aan uitbreiding van het elektriciteitsnet voor zaken die maatschappelijk prioriteit hebben. Door ook binnen de EU de krachten te bundelen, verminderen we onze afhankelijkheid en versterken we onze concurrentiepositie in de wereld.