De vereniging Samenwerkende Nederlandse Staalbouw (SNS) heeft een Keurmerk Nederlandse Staalbouw ontwikkeld waarin de Europese norm NEN-ENV 1090:1 is opgenomen. ‘Dit moet de wereld, voor vooral de midden- en kleinbedrijven binnen de staalconstructie gaan openen’, stelt SNS-voorzitter Henk Pero. De reden voor deze ’opening’ binnen de markt ligt gelegen in het feit dat de staalbedrijven die in het bezit zijn van dit Keurmerk zich hiermee kunnen profileren en onderscheiden van de bedrijven die dit Keurmerk niet bezitten.
‘Het Keurmerk Nederlandse Staalbouw moet en gaat echt een eyecatcher worden binnen deze sector. Daar zullen we wel voor zorgen. Inhoudelijk zit het goed, immers de nieuwe NEN 1090, die begin 2009 is afgerond, is erin meegenomen.’ Enkele jaren is er achter de schermen hard gewerkt aan dit Keurmerk. Niet alleen door de SNS maar ook aanverwante partijen zijn erbij betrokken geweest. ‘Het is aan ons specialisten om de opdrachtgever te wijzen op mogelijke alternatieven in het bestek.’ De SNS telt 145 leden. In totaal vertegenwoordigt deze branche circa 65 procent van de Nederlandse staalconstructiemarkt.
Wildgroei
‘Het moet nu maar eens afgelopen zijn met de wildgroei die de laatste jaren heeft plaatsgevonden’, stelt Pero. ‘Iedereen die een lasapparaat kon kopen en bedienen en daarnaast ook nog de ruimte had om constructies te lassen, kon in onze markt aan het werk. Dit kwam door de verruiming van de vestigingswet. Waar we met het Keurmerk naartoe willen, is dat opdrachtgevers straks de opdrachten neerleggen bij bedrijven met dit felbegeerde Keurmerk.’
Kwaliteitsmerk
‘Het gaat dus veranderen in de markt, meer integratie van constructiebedrijven in de keten, een betere beheersing van het bouw- en constructieproces en beheersing van de geleverde kwaliteit. Daar staat het kwaliteitsmerk voor. En dat hebben we binnen het mkb nodig. Er zijn natuurlijk ook de grotere jongens die werken voor de offshore, de proces- en petrochemische industrie. Deze werken onder andere met VCA, ISO en andere specifieke kwaliteitsnormen. De eisen om in deze sectoren te leveren, zijn veel hoger omdat de risico’s hier geheel anders liggen. Ook de controle op dergelijke bedrijven is frequenter en zwaarder. Ook aanpalende branches hebben hun eisen. Zo hebben de gevelbouwers ook een eisenpakket samengesteld voor het plaatsen van dakwandsystemen. Dit zal ook nog wel een vervolg krijgen’, zo verwoordt Pero het keurmerk.
Internationaal
Het Keurmerk Nederlandse Staalbouw sluit aan op de internationale regelgeving en voorschriften. De nieuwe norm 1090 is ook internationaal geaccepteerd. En wordt in vrijwel alle bestekken voorgeschreven. Ook onze oosterburen, de Duitsers, reageren enthousiast en positief op ons Keurmerk. Pero: In Duitsland werken ze met een te vergelijken systeem. We hebben het dan over een systeem, waar de Duitse markt overigens al jarenlang mee werkt, met diverse categorieën. Van het lichtere constructiewerk waarbij de veiligheidsrisico’s minder hoog zijn, tot het zwaardere werk waarbij de veiligheidsrisico’s een grote rol spelen. Denk aan bijvoorbeeld de bouw van stadia en bruggen. Hier zijn vaak ook vele mensen bij betrokken en het risico op ongelukken is dan natuurlijk groter. Risicoklassen die in de nieuwe Europese norm NEN-ENV 1090 zijn opgenomen, zullen in ons kwaliteitskeurmerk worden ingebed. Naar verwachting wordt dit ook in Nederland wetgeving, hetgeen betekent dat constructiebedrijven moeten kunnen aantonen dat zij voldoen aan een risicoklasse die is gekoppeld aan specifieke toepassing. Zo geldt er voor een hekwerk een lagere risicoklasse dan voor een meerlaags parkeerdek.
Praktijk
Het gesprek met Henk Pero vindt plaats bij Buiting Machinebouw en Staalconstructie in Broekland. Louis Buiting is directeur-eigenaar en werkt inmiddels al een aantal jaren met het Keurmerk. ‘Het Keurmerk in de dagelijkse praktijk genereert nu al een hoge mate van betrouwbaarheid. Als toeleverancier merk je ook dat de opdrachtgevers het alleen maar positief vinden als je vanaf het begin meedenkt en het gehele productietraject beheerst. Je wordt dan al snel gezien als een kundige en betrouwbare partij.’ Kijkend naar de aansprakelijkheid zegt Buiting: ‘Als uitvoerende partij is de aansprakelijkheid altijd een heikel punt geweest. Nu kun je alle stappen in het gehele proces goed vastleggen en indien noodzakelijk, terugvallen op hetgeen is geregistreerd en uitgevoerd. En dat het goed is uitgevoerd conform de geldende voorschriften en eisen als zodanig door klanten herkend.’ Over de inspanningen om voor het Keurmerk in aanmerking te komen, is Buiting helder. ‘Het vergt de nodige inspanningen binnen je organisatie, je moet mensen opleiden, trainen en coachen. Maar gezien mijn ervaringen tot nu toe, kan ik alleen maar positief zijn. Het Keurmerk betaalt zich dubbel en dwars terug.’ Het geeft bovendien een boel rust in de organisatie als je op een constant betrouwbaar productie beheersysteem kan terugvallen.
Keurmerk aanvragen
De technische eisen om te voldoen aan het Keurmerk zijn gebaseerd op de NEN-ENV 1090-1. Bedrijven moeten voldoende kennis in huis hebben betreffende deze norm. Medewerkers kunnen worden ondersteund met de cursus NEN-ENV 1090-1.
Met een checklijst kan elk bedrijf snel en eenvoudig bepalen hoe het met deze kennis is gesteld en of het bedrijf al toe is aan een officiële audit. Is dit aan de orde, kan een definitieve audit volgen. Hiervoor zijn vier certificerende instanties waaruit een keuze kan worden gemaakt. DNV, Lloyds, TUV en SKG. Voor het auditen wordt een werkdag uitgetrokken. Na de keuring en toesturing hiervan naar de SNS, worden het certificaat en instructie toegezonden.