Minister Van Bijsterveldt (OCW) maakt geld vrij voor speciale vakmanschapsroutes

Foto van: De redactie
Geplaatst door De redactie

Het schoolseizoen is weer begonnen, tenminste voor de mbo-studenten in het zuiden. Demissionair minister van OCW Marja van Bijsterveldt opende maandag op het Koning Willem I College in ‘s-Hertogenbosch het mbo-schooljaar door een lans te breken voor het beroepsonderwijs. ‘We moeten af van het statusdenken in het onderwijs; het wordt tijd dat we beroepsonderwijs net zo hoog aanslaan als het algemeen vormend onderwijs.’

‘In de nabije toekomst spreken we niet meer over lagere of hogere niveaus, maar over vakmanschapsroutes en beroepsonderwijsroutes’, zei Van Bijsterveldt. Voor het aantrekkelijker maken van de leerroutes vmbo-mbo door de ‘vakmanschapsroute’ en ‘technologieroute’ is een stimuleringsbijdrage van 5,1 miljoen euro beschikbaar. Van Bijsterveldt: ‘Er komt een aparte entréeopleiding en we gaan er ook voor zorgen dat opklimmen via de route vmbo-mbo-hbo aantrekkelijker wordt.

‘Voor nauwere samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven in de Centra voor innovatief vakmanschap is 16,4 miljoen euro beschikbaar. Hiermee kan een centrum per topsector worden bekostigd, mede gefinancierd met het bedrijfsleven. Deze bedragen maken onderdeel uit van een stimuleringspakket dat het kabinet heeft samengesteld om meer jongeren te enthousiasmeren voor een cariëre in de techniek.

Talent

Goed onderwijs moet je wel begeleiden. Daarom worden er volgens Van Bijsterveldt ‘over de hele linie in het Nederlandse onderwijs hogere eisen gesteld’. Voor het beroepsonderwijs betekent dat onder meer: centrale examens voor mbo-opleidingen in de algemene vakken, meer lessen en begeleiding in de eerste jaren van de opleiding en sommige opleidingen in een korter tijdsbestek afronden.

De minister verrichtte de ceremoniële opening van het mbo- jaar 2012-2013 tijdens een bijeenkomst met docenten in het Theater aan de Parade. Volgens Van Bijsterveldt is het middelbaar beroepsonderwijs een prachtige onderwijsvorm die jongeren veel te bieden heeft voor wat betreft de ontwikkeling van hun individuele talent en voor wat betreft hun kansen op de arbeidsmarkt. ‘De samenleving en de toekomst van ons land draaien op goede vakmensen. Ondanks al het talent, de waardering in onze samenleving voor ambachtelijke beroepen en de noodzaak van goede vakmensen voor onze economie, wordt het beroepsonderwijs in onze samenleving nog steeds niet altijd op waarde geschat en krijgt het niet altijd de waardering die het verdient.’

Hoge verwachtingen

De minister pleitte in haar toespraak tevens voor verwachtingsvol onderwijs dat van scholen, docenten en ouders vraagt om heel scherp te kijken naar de talenten van jonge mensen en naar welke opleiding bij welke jongere past. Iedere student moet volgens Van Bijsterveldt worden uitgedaagd om het beste uit zichzelf te halen.

Kwaliteitsslag

Afgelopen jaren heeft minister Van Bijsterveldt samen met de mbo-sector veel geïnvesteerd in het verbeteren van de kwaliteit van het middelbaar beroepsonderwijs. Dat heeft geleid tot meer uren onderwijs en betere begeleiding en coaching van studenten. Ook is de doorstroom vmbo-mbo-hbo bevorderd door sterkere inzet op het vm2-traject en de vakcolleges. Een groot deel van de opleidingen op niveau 4 is verkort tot 3 jaar. Ook is extra geïnvesteerd in de professionalisering (bij- en nascholing) van mbo-docenten.