De staalbouw is optimistisch over herstel van de sector. De branche lijkt het negatieve sentiment definitief achter zich te laten en zet de weg omhoog in. Met onder meer duurzaamheid, CE-markering, hogesterktestaal en Eurocodes als ankerpunten.
De Nederlandse staalbouwsector verzamelde zich onlangs op evenementenlocatie Hangaar 2 op Vliegveld Valkenburg bij Katwijk voor de Nationale Staalbouwdag 2013. Organisator Bouwen met Staal laat weten dat er zo’n 1.600 bezoekers afkwamen op het evenement met een uitgebreid congres-en seminarprogramma en een minibeurs met bedrijven en organisaties. ‘We zien lichtpunten. En daarmee de weg omhoog’, vertelde Bouwen met Staal-voorzitter Hans Pelt tijdens de aftrap van het congres. ‘Dit is een moment van niet stil blijven zitten, maar juist aanpakken. Deze Nationale Staalbouwdag is een dag van kennis en kennissen.’
Onder leiding van dagvoorzitter Mathijs Bouman boog een panel van vier kopstukken en ondernemers zich vervolgens over verschillende uitdagingen die de sector wachten: Jan Fennema (directeur van softwareleverancier Construsoft), Theo Henrar (directievoorzitter Tata Steel), Hans van de Bersselaar (directeur Jos van den Bersselaar Constructie) en Bob Evers (directeur Evers Staal). Volgens Henrar is het hard nodig dat de staalsector anders gaat kijken naar haar producten: ‘We hebben duurzame en dus circulaire producten nodig. Er liggen absoluut kansen voor onze sector die we kunnen grijpen, denk alleen al aan de offshore. We moeten alleen zorgen dat we die producten ook híer kunnen maken. Juist de innovatieve maakindustrie hebben we keihard nodig.’
Op de vraag van gespreksleider Bouman waar de kansen liggen is Van den Bersselaar duidelijk. ‘Op dit moment is de staalbouwsector nog steeds overbevolkt, dus is het belangrijk dat je een nichemarkt zoekt’, vertelt de winnaar van de Metaalunie Award van 2012. Hij krijgt bijval van Evers: ‘Ik zou een beginnend staalbouwbedrijf nu adviseren om zich te onderscheiden in een unieke product-marktcombinatie. Denk dan, buiten de bouw om, aan de industrie.’
Positieve ontwikkeling in bouw
Construsoft-directeur Fennema ziet momenteel een in zijn ogen positieve ontwikkeling in de bouw. ‘Het zal steeds belangrijker worden dat we efficiënter én beter bouwen. De staalbouw loopt hierin gelukkig voorop door al veel te werken met 3D-modellen richting aannemers.’ Ook Van den Bersselaar ziet dit als een enorm winstpunt: ‘We kunnen inderdaad erg veel faalkosten reduceren door allemaal meer te gaan werken in het Bouw Informatie Model (BIM).’
Duurzaamheid
Andere uitdagingen die de staalbouwsector tegemoet treden zijn een duurzamere sector en nieuwe CE-makering en Eurocodes. ‘Wij maken momenteel staal met de minste CO2-uitstoot. Dit soort kwaliteiten bepalen dat we grote orders hier kunnen bouwen. Dit zijn echt kansen die het energie-akkoord ons biedt’, legt Henrar uit over Tata Steel.
CE-markering
Verder stelt de CE-markering voor staal- en aluminiumconstructies en onderdelen daarvan, die vanaf 1 juli 2014 verplicht is, bedrijven de opdracht hier snel aan te voldoen. Fennema ziet hier nog te weinig actie op: ‘Als softwareleveranciers hebben we het idee dat hieraan te weinig aandacht wordt besteed. Feit is dat het wél per 1 juli voor elkaar moet zijn binnen je bedrijf. Dat is een grote uitdaging. Gelukkig trekken Bouwen met Staal en de Koninklijke Metaalunie hier hard aan. Staalbouwfabrieken worden echt digitale fabrieken.’
Maar volgens Evers is dat makkelijker gezegd dan gedaan. ‘Natuurlijk komt die CE-makerkering eraan en moet je er klaar voor zijn. Wat men echter vergeet, is dat het nogal wat vraagt van je bedrijf. En dat in deze tijd, waarin sommige ondernemingen echt bezig zijn om te overleven.’
Hogere sterkte
In het middagprogramma volgden enkele prikkelende presentaties. Zo pleitte Stefan Greven van Ingenieursbureau Amsterdam voor het in de ban doen van standaardstaal S235 door constructeurs en opdrachtgevers. Zij moeten massaal overstappen op staal van hogere sterkte; iets duurder, maar veel betere prestaties. Volgens Greven is standaardstaal S235 precies hetzelfde van samenstelling als sterkere soorten S355 of S460. Het verschil zit in de wals- en koeltechniek die de staalproducent toepast. Dat kost volgens de ingenieur hooguit 2 procent extra. Daar tegenover staat dat je met sterker staal slankere constructies kunt bouwen, waardoor je uiteindelijk minder staal nodig hebt. Een duurzame invalshoek viel te bespeuren bij de presentatie van Wim Hoeckman van Viktor Buyck Steel. Zij drukten het publiek op het hart dat de milieu-impact van het staalconstructieproces key wordt. ‘Ik ben er zeker van dat projecten in de toekomst gekozen worden op basis van hun duurzaamheidskenmerken. Ten tweede zal de milieu-impact beslissend zijn bij de beoordeling van aanbiedingen. Of we het nu willen of niet; het milieu wordt bepalend. Dat is een uitdaging voor de staalbouwsector.’