De productie van Duitse precisiegereedschappenfabrikanten bereikte in 2018 een nieuw recordniveau van 11,5 miljard euro. Dat is een groei van 8 procent ten opzichte van 2017. En voor dit jaar wordt een groei verwacht van 1 procent. Nederland neemt een opvallende plek in, in de exportcijfers. Die bedroeg 450.709.000 euro over de eerste 10 maanden van 2018 en is daarmee na de Verenigde Staten en China het derde grootste exportland voor Duitsland.
Dit blijkt uit cijfers van het Duitse Verband Deutscher Maschinen- und Anlagenbau VDMA, Precision Tools Division. De VDMA merkt hierbij wel op dat de export naar Nederland door de logistieke centra en doorvoerhandel sterk wordt overschat.
Overwerken
‘In het afgelopen jaar waren alle drie de subsectoren niet in staat om aan de vraag naar geschoolde arbeidskrachten te voldoen en moesten zij met overuren werken. Het totale aantal werknemers in de precisiegereedschapsindustrie groeide tot ongeveer 69.500′, aldus Lothar Horn, voorzitter van het VDMA, Precision Tools Division, op de persconferentie op 16 januari 2019 in Frankfurt.
Vooruitzichten
De fabrikanten van snijgereedschappen verwachten dat de binnenlandse activiteiten in 2019 grotendeels constant zullen blijven of licht zullen stijgen. De belangrijkste buitenlandse markt, de VS, zal blijven groeien. De waardering van China is nogal ongewis. Over het geheel genomen verwachten de fabrikanten van snijgereedschappen dat de verkopen in 2019 licht kunnen verhogen. De producenten van opspangereedschappen gaan ervan uit dat de machinebouw, medische technologie en luchtvaarttechnologie de verkopen zullen stimuleren. De gereedschapsmakerijen daarentegen verwachten over het geheel genomen een iets zwakkere activiteit met een stabiele omzet in Duitsland en de VS en een kleine toeneming van de vraag uit Europa en China.