Een wereldwijde opleving van het coronavirus en mogelijke bijbehorende buitenlandse lockdownmaatregelen zullen Nederlandse bedrijven in de transportsector en de industrie hard raken.
Dat blijkt uit onderzoek van het Centraal Planbureau en het Centraal Bureau voor de Statistiek. De omzet in deze sectoren is sterk afhankelijk van de wereldwijde exportvraag. In tegenstelling tot de Nederlandse dienstensector die vooral wordt getroffen door de binnenlandse maatregelen, worden transportbedrijven en de industrie juist geraakt door maatregelen in andere landen en terugval in de wereldhandel. Nieuwe lockdowns in het buitenland hebben daarom grote economische gevolgen voor deze sectoren.
Sinds de uitbraak van corona is de consumptie in een groot aantal landen teruggelopen. Bepaalde sectoren, zoals de horeca en cultuurinstellingen, zijn hard geraakt door de binnenlandse lockdown. Bedrijven in de industrie en de transportsector hebben juist te maken met lagere uitvoervraag door maatregelen in andere landen, zo blijkt uit het onderzoek. Ook de Nederlandse export vindt minder aftrek. In het tweede kwartaal van 2020 was de totale Nederlandse uitvoer vijftien procent lager dan een jaar eerder. De wereldhandelsmonitor liet een flinke val van de wereldhandel zien: maar liefst -zestien procent tussen maart en mei. In juni en juli veerde de wereldhandel weer terug. Echter, het herstel wordt bedreigd door de tweede coronagolf die nu wereldwijd aanzwelt. Uit het onderzoek blijkt dat in een licht scenario met een wereldwijde lockdown van drie maanden (vergelijkbaar met die in het voorjaar), de toegevoegde waarde in de sectoren vervoer en opslag, de elektronische industrie en de machinebouw daalt met zeven tot dertien procent. Bij de scenario’s waarbij de wereldwijde maatregelen langer duren, valt de daling nog hoger uit.
De internationale handel is zeer belangrijk voor Nederland. Nederlandse bedrijven verkopen veel in het buitenland en daarnaast is Nederland een groot doorvoerland voor handel tussen de EU en de rest van de wereld. Ongeveer een derde van de Nederlandse werkgelegenheid en bbp is direct of indirect verbonden aan uitvoeractiviteiten. Als de tweede golf ook leidt tot hernieuwde maatregelen in het buitenland, zullen de Nederlandse transport- en industriesector opnieuw hard geraakt worden, zelfs als de maatregelen binnen Nederland zelf beperkt blijven. Bij het eventueel omvallen van bedrijven in deze sectoren, kan het ‘uitstralingseffect’ groot zijn, omdat ze zijn ingebed in een netwerk van Nederlandse toeleveranciers en afnemers, met name in het mkb.