Nederlandse economie kromp minder dan in de rest van de EU

Foto van: De redactie
Geschreven door De redactie

De toegevoegde waarde van de Nederlandse industrie kromp in 2020 met 2,6 procent. De krimp was minder sterk dan in veel andere Europese landen. Gemiddeld kromp de industrie in de Europese Unie met ruim zeven procent. 

Nederlandse economie kromp minder dan in de rest van de EU
Binnen de industrie werden vooral landen die auto’s produceren in 2020 hard geraakt. (Foto: Volvo)

Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek. Binnen de industrie werden vooral landen die auto’s produceren in 2020 hard geraakt. In West-Europa gold dat voor Frankrijk en Duitsland. In Duitsland kromp de industrie al in 2019, onder andere doordat de auto-industrie haperde. De Franse industrie kromp door de strenge lockdown en de verplaatsing van de productie van een aantal automodellen naar Spanje, Slovenië, Slowakije en Duitsland.

De industrie van België kromp in 2020 met 3,8 procent. Het Verenigd Koninkrijk had in 2019 eveneens te maken met een krimp en viel daarna verder terug. In 2020 stapte het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie. De industriële productie van Italië en Spanje, Slowakije en Roemenië werd eveneens hard geraakt door de pandemie. Slechts drie Europese lidstaten presenteerden in 2020 een positief groeicijfer, te weten Ierland, Litouwen en Malta.

Krimp in vrijwel alle industriële branches

In Nederland krompen in 2020 bijna alle industriële branches, terwijl in 2019 een aantal branches groei vertoonden. De transportmiddelenindustrie en de textiel-, kleding- en schoenenindustrie vielen het hardst terug. Meer dan de helft van de branches binnen de Nederlandse industrie deed het slechter dan gemiddeld. Slechts een tweetal sectoren, de machine-industrie en de chemische en farmaceutische industrie vertoonde groei.

Nederlandse economie kromp minder dan in de rest van de EU
Foto: CBS

In vergelijking met andere bedrijfstakken kromp de industrie minder dan de meeste andere branches binnen de Nederlandse economie. Zo werden horecagelegenheden en de cultuursector zwaarder getroffen door de lockdown, was er nauwelijks meer luchtverkeer en kwam het openbaar vervoer niet meer op peil door het vele thuiswerken.

De Nederlandse industrie kromp in 2020 aanvankelijk door de lockdown en de daarmee gepaard gaande maatregelen, later ook door schaarste aan chips, elektra, kunststoffen en bepaalde metalen. De industrie was in 2020 verantwoordelijk voor een krimpbijdrage aan het bruto binnenlands product van 0,3 procent. De zakelijke dienstverlening (–0,9 procent), het vervoer (–0,8 procent) en de horeca (–0,6 procent) droegen meer bij aan de bbp-krimp van 3,8 procent (2020).

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *