De toeneming van de productie was de kleinste sinds september 2016 en de groei van de werkgelegenheid bereikte het laagste niveau in achttien maanden. Het aantal nieuwe orders steeg opnieuw, maar deze stijging was vergelijkbaar met die van oktober toen het laagste niveau in vijfentwintig maanden werd bereikt. Wel namen de exportorders sterker toe, wat deels werd toegeschreven aan de vraag uit Azië.
De levertijden waren in november opnieuw duidelijk langer. Deze verlenging was echter wel de kleinste sinds april 2017. De hoeveelheid materiaal steeg in de kleinste mate in meer dan twee jaar.
De werkgelegenheid nam wederom fors toe, zij het in de kleinste mate sinds mei 2017. De hoeveelheid ingekocht materiaal steeg voor de drieëndertigste maand op rij, al was deze uitbreiding de kleinste sinds september 2016. De voorraad ingekochte materialen steeg voor de zevenentwintigste achtereenvolgende maand, een recordperiode.
De inkoopprijsinflatie daalde aanzienlijk naar het laagste niveau in vijftien maanden en de verkoopprijsinflatie was het laagst in dertien maanden, maar beide bleven hoog.
Tot slot waren de verwachtingen voor de toekomstige productieomvang positiever dan in de oktober, wat vooral gebaseerd was op nieuwe producten, ambitieuze exportprognoses en capaciteitsinvesteringen.
‘Deze week rapporteerde het Financieele Dagblad dat de IFO score, een belangrijke maatstaf voor het ondernemersvertrouwen in Duitsland, met een waarde van 98,7 beneden de grenswaarde van 100 was gezakt. Dit betekent dat Duitse ondernemers iets somberder zijn geworden over hun economische vooruitzichten’, concludeert Arjan van Weele, NEVI hoogleraar Inkoopmanagement
TU Eindhoven in zijn redactioneel commentaar op de laateste Nevi PMI. Hij vraagt zich af: Is dit in Nederland ook zo? En moeten we zorgelijker worden over onze economische perspectieven? ‘De NEVI Purchasing Managers’ Index geeft aan dat we rekening moeten houden met een afnemende economische groei. (…) De NEVI PMI laat nu al enkele maanden een neergaande trend zien. De groei in de industrie loopt terug. Zeker. Niettemin zijn de perspectieven voor het komend jaar goed te noemen. Dit wordt verklaard enerzijds door de goed gevulde pijplijn (bedrijven hebben volop werk, ook de komende maanden) en de goede orderontvangst uit binnen en buitenland (zowel de nieuwe order index als de nieuwe exportorder index lagen hoger dan vorige maand). Onze industrie heeft vertrouwen in de nabije toekomst als gevolg van nieuwe producten die ze op de markt brengen, de goede exportkansen die zij zien en de investeringen die zij in uitbreiding van hun capaciteit hebben gepleegd. Als ondernemers in de Nederlandse industrie somber zijn is het over de lange levertijden en slechte leveringsbetrouwbaarheid van de materialen die ze nodig hebben. Sommige bedrijven voeren aan dat de lage waterstanden in onze rivieren de aanvoer van grondstoffen nu duidelijk bemoeilijken.’
‘Met een PMI van 56,1, doet Nederland het goed ten opzichte van ons omringende landen. De eurozone kwam uit op een waarde van 52,0, de Verenigde Staten van Amerika rapporteerde een waarde van 55,7 en China kwam uit op 50,1′, aldus Van Weele.
Het gebruik van robots in fabrieken over de hele wereld blijft in hoog tempo doorgaan:…
Het aantal vacatures nam in het derde kwartaal af met vijfduizend en het aantal werklozen…
De Koninklijke Marine staat voor de uitdaging om zijn vloot te onderhouden, waar die zich…
Soms sta je raar te kijken. Op een gewone dinsdagochtend zei mijn secretaresse dat ze…
Uit onderzoek van Reichelt Elektronik blijkt dat ruim 45 procent van de bedrijven van plan is binnen…
Jörg Machines, fabrikant van plaatbewerkingsmachines, opent in februari 2025 opnieuw haar deuren voor een exclusieve…