De NEVI PMI kwam november uit op 48,2, het laagste cijfer in zes maanden. De productieomvang was lager, na de lichte stijging van de afgelopen twee maanden. Opnieuw was het aantal ontvangen nieuwe orders kleiner. Dit ondanks een verdere toeneming van de orders uit het buitenland: de grootste sinds augustus.
De werkgelegenheid nam wederom af en deze daling was de grootste in drie jaar. De daling van de hoeveelheid onvoltooid of nog niet uitgevoerd werk bleef beperkt. De voorraad gereed product daalde voor de achtste opeenvolgende maand. De voorraad grondstoffen en halffabricaten werd kleiner, evenals de hoeveelheid ingekochte materialen. Deze laatste afname was de grootste sinds december 2011. De levertijden werden opnieuw langer.
Nieuwe orders
Het aantal nieuwe orders dat geplaatst werd bij de productiebedrijven in Nederland daalde in november voor de tweede maand op rij. Deze bescheiden afname was vergelijkbaar met die van oktober. Een aantal respondenten maakte in deze onderzoeksperiode melding van een zwakke marktvraag en voorraadreductie bij klanten.
Export orders
In tegenstelling tot de daling van het totale aantal ontvangen nieuwe orders, steeg het aantal geplaatste orders door buitenlandse klanten bij de Nederlandse producenten in november voor de vijfde maand op rij. Deze toename was aanzienlijk en de grootste sinds augustus. De panelleden maakten melding van een toegenomen verkoop in diverse regio’s wereldwijd.
Verkoopprijs
De verkoopprijzen in de Nederlandse industrie stegen in november voor de eerste keer in vijf maanden. Deze toename was echter gering, Dit werd zichtbaar in de seizoensmatig aangepaste Verkoopprijs index die slechts in geringe mate boven de geen-veranderingsgrens van 50.0 uitkwam. De bedrijven die hogere verkoopprijzen noteerden, schreven dit over het algemeen toe aan het doorberekenen van de hogere inkoopkosten.