Een van deze twee klanten is Fokker Landing Gear in Helmond, producent van landingsgestellen voor onder andere de F16, Apache helikopter en civiele vliegtuigen. Bart Smits, manager Technische Dienst, is enthousiast over het initiatief. ‘Bij een storing gaat het er natuurlijk om dat de machine weer zo snel mogelijk draait. Dan wil ik een ervaren monteur. Maar bij preventief onderhoud vind ik het prima als er een ervaren en een beginnende monteur komen, ook al duurt het onderhoud daardoor langer omdat de senior monteur zaken moet uitleggen.’
Op termijn heeft Fokker er namelijk baat bij als Numac Ferro over voldoende goed opgeleide en ervaren monteurs beschikt. ‘Onze machines moeten 100 uur in de week draaien, dat lukt nooit als we moeten wachten omdat er geen monteur beschikbaar is.’ Bart Smits slaat de spijker op de kop als het om het gezamenlijke belang van beide bedrijven gaat. Nu de vergrijzing merkbaar wordt, moet de maakindustrie iets doen aan het doorgeven van de kennis aan de jongere generatie.
‘Bij planbaar onderhoud gaat dat prima’, zegt Wiel Dinghs, sales en technisch adviseur bij Numac Ferro. ‘We kijken nu veel meer naar de vraagstelling van de klant om te zien wie we sturen.’ Om de monteurs ook didactisch te ondersteunen, worden ze getraind door de opleiders van Numacademy, het trainingscentrum van Numac in Venray. Zij kijken over de schouder mee en geven tips hoe de seniors de kennis het beste kunnen overbrengen. Wiel Dinghs staat er overigens versteld van hoe snel kennis in de praktijk wordt opgepakt. Hij vindt het dan ook dankbaar werk, omdat je de junior monteurs ziet groeien in hun vak.
Voor de klant hoeft de rekening niet altijd hoger uit te vallen als Numac twee monteurs stuurt. Integendeel: vaak valt die zelfs lager uit. Numac Ferro speelt open kaart: bij sommige opdrachten is op bepaalde momenten een extra handje onmisbaar. Door een junior monteur mee te sturen, wordt daarin voorzien maar omdat Numac Ferro dit ook als een leermoment ziet, rekent men dan niet alle kosten door aan de klant. ‘Vroeger zouden we die tweede man wel alle uren hebben moeten betalen’, voegt Bart Smits toe. Hij vindt het overigens belangrijk dat de junior monteurs in meerdere bedrijven hun ervaring opdoen. Dat vergroot hun blik en ze komen daardoor veel sneller met specifieke problemen in aanraking dan wanneer ze alleen maar bij één bedrijf werken.
Fokker Landing Gear heeft enkele jaren geleden het onderhoud praktisch helemaal uitbesteed. Alleen voor het oplossen van acute storingen heeft men nog enkele eigen medewerkers. Een van hen gaat komend jaar met pensioen. Bart Smits moet dan op zoek naar een opvolger. Hij overweegt deze een poosje met de monteurs van Numac Ferro mee te laten lopen om ervaring op te doen. ‘Zo probeer ik ook de Numac monteurs mee te laten kijken als monteurs van machinebouwers hier bezig zijn.’ Fokker Landing Gear heeft recent geïnvesteerd in enkele draaifreescombinaties van het Oostenrijkse WFL.
Bart Smits vindt het belangrijk dat de Numac monteurs leren van de Oostenrijkse monteurs als die aan de machine werken. Hetzelfde wil hij ook doen met de nieuwe Matec machine. ‘Als monteurs uit het buitenland moeten komen, kost dat geld en veel tijd. Daarom is het beter het onderhoud hier te regelen.’ Zowel bij Fokker als bij Numac merkt men echter dat niet alle fabrikanten daar om staan te juichen. ‘Als onderhoud geen kerncompetentie is, werken ze mee; anders willen ze het onderhoud graag zelf blijven doen.’ Bart Smits denkt echter dat dit steeds lastiger wordt als een monteur uit een ander land moet komen. De machinestilstand die dat met zich meebrengt, kun je je alsmaar moeilijker permitteren.
Ilko Wiersma is ervan overtuigd dat kennis delen op termijn alleen maar winnaars oplevert. ‘Als we niet delen, kost dat uiteindelijk meer. Het gaat ons er niet om een monteur te sturen en uren te factureren. Het gaat er ons om dat klanten hun machines optimaal kunnen gebruiken.’ Bij het onderhoudsbedrijf wil men dit initiatief dan ook uitrollen naar de rest van het land. ‘Want als de economie ook maar met 1 procent gaat groeien, heeft de industrie echt een probleem door gebrek aan vakmensen.’ Ook de Numacademy wordt verder uitgebreid evenals de samenwerking met ROC’s.
De aanpak van Numac Ferro, die men behalve bij Fokker ook bij Caterpillar in Den Bosch hanteert, werkt goed als het gaat om overdracht van kennis en ervaring op de jongere generatie. Daarmee los je het probleem van te weinig instroom in de techniek nog niet op. ‘Klopt, daarom halen we jongeren binnen en laten ze zien wat het werk inhoudt’, zegt Bart Smits van Fokker. Dat richt zich dan op de jongeren uit de beginklassen van het VMBO en de HAVO, die weliswaar al een richting hebben gekozen maar vaak nog twijfelen. Ook doet Fokker Landing Gear mee aan Girlsday, een initiatief om meer meisjes voor technische studies te interesseren. Ilko Wiersma van Numac Ferro bespeurt overigens een kanteling. ‘Vroeger moesten wij vanuit Numacademy altijd de scholen bellen of ze stagiairs hadden; tegenwoordig bellen de scholen ons.’
Het gebruik van robots in fabrieken over de hele wereld blijft in hoog tempo doorgaan:…
Het aantal vacatures nam in het derde kwartaal af met vijfduizend en het aantal werklozen…
De Koninklijke Marine staat voor de uitdaging om zijn vloot te onderhouden, waar die zich…
Soms sta je raar te kijken. Op een gewone dinsdagochtend zei mijn secretaresse dat ze…
Uit onderzoek van Reichelt Elektronik blijkt dat ruim 45 procent van de bedrijven van plan is binnen…
Jörg Machines, fabrikant van plaatbewerkingsmachines, opent in februari 2025 opnieuw haar deuren voor een exclusieve…