Opleving vraag naar staal blijft uit

De toekomst voor de Europese staalindustrie ziet er op dit moment niet al te florissant uit. Het is daarom te hopen dat het economisch herstel in de EU, waarvan volgens een aantal deskundigen sprake is, zich op korte termijn gaat doorzetten, waardoor de werkgelegenheid zich snel zal verbeteren en waardoor voor een grotere vraag naar staalproducten gaat ontstaan.

Dit is samengevat de conclusie uit de april nieuwsbrief Het Staaljournaal van staalleverancier Novio Staal uit Nijmegen. Volgens deze leverancier zullen de staalfabrieken hoe dan ook niet kunnen ontkomen aan verdere sluiting van capaciteiten en tegelijkertijd weten ze dan ook dat ze in felle discussies met landelijke overheden zullen belanden over de vraag: wie gaat dat betalen?

Staalproducenten

In de afgelopen vier jaar is de afname van staal in Europa ruwweg met zo’n 30 tot 35 procent gedaald, wat natuurlijk zijn weerslag heeft gehad op de werkgelegenheid in de staalbranche. Diverse staalfabrieken zijn al gesloten of worden binnen afzienbare tijd definitief stil gelegd. Tegelijkertijd zoeken fabrieken naar mogelijkheden om kosten te verlagen en financiële resultaten te verbeteren. Een meest recente activiteit van de staalfabrieken is het aanspreken van diverse
Europese regeringen om door middel van lastenverlichting de concurrentiepositie van de EU-producenten ten opzichte van onder meer de Aziatische fabrikanten te verbeteren.


Inderdaad hebben de producenten binnen de EU met hogere lasten te maken dan veel buitenlandse (niet EU-) staalmakers. Daarbij moet gedacht worden aan bijvoorbeeld hogere kosten als gevolg van energie- en milieubelastingen. De fabrieken gaan echter ook wel snel voorbij aan het feit, dat nu zo langzamerhand wel geconstateerd moet worden dat er in de EU een structurele overcapaciteit aan staalproductie ontstaan is. Deze zal zolang als dat niet wordt aangepakt een blijvende belemmering zijn voor een positief financieel resultaat. Met andere woorden: de staalmakers mogen terecht klagen over oneerlijke concurrentieverhoudingen als gevolg van het opleggen van lasten door de EU-landen, maar zullen zelf ook stappen moeten nemen om de staalindustrie in Europa op langere termijn te kunnen laten overleven.

Tegelijkertijd constateert Novio Staal, dat wanneer diezelfde staalmakers productie-capaciteiten willen afbouwen zij vervolgens tegen diezelfde regeringen aanloopt. Die overheden namelijk maken direct bezwaar wanneer er als gevolg van die capaciteitsafbouw veel werkgelegenheid verloren gaat. Voorbeelden zijn de staalfabrieken in Frankrijk, België en Slowakije. Het is dus een complex probleem, waarbij veel fabrieken het toch al zwaar hebben. Immers de vraag naar staal is na de winterperiode niet wezenlijk verbeterd, dus de staalprijzen verbeteren niet. Integendeel het beoogde niveau voor Q2-2013 wordt niet gehaald. Tegelijkertijd nemen echter de lasten wel toe, waardoor de marges niet verbeteren, maar juist verslechteren. Bovendien wanneer de prijzen beter zouden gaan worden dan zal de druk van importmateriaal gigantisch toe gaan nemen, als gevolg waarvan de afzet van de Europese fabrieken niet noemenswaardig zal verbeteren.

Novio Staal geeft voor april 2013 de volgende circa (fabrieks-)staalprijzen voor coils en kwartoplaat in euro per ton:

  • Warmgewalste coils: 480-495 495-515
  • Koudgewalste coils: 560-575 565-585
  • Sendzimir verzinkte coils: 570-580 575-585
  • Kwartoplaten: 535-560 545-570

In maart 2013 was dat 5-20 euro per ton hoger.


Het volledige Staaljournaal van april 2013:

 Het Staaljournaal april 2013.

 

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *