Orders Duitse machinebouwindustrie tonen herstel

‘De internationale vraag naar gereedschapsmachines blijft dalen, hoewel het niveau zich onlangs licht heeft hersteld’, aldus Dr. Wilfried Schäfer, directeur van de VDW (Duitse vereniging van machinebouwers), die de resultaten toelicht. Nooit eerder werd de sector geconfronteerd met een dergelijke opeenstapeling van factoren, die allemaal een negatieve invloed hadden op het bedrijfsleven: een cyclische neergang in combinatie met handelsconflicten en instabiliteit bij de grootste klant, de automobielindustrie.

Stabilisatie

In vergelijking met de zomermaanden is het volume van de metaalsnijmachines, die ongeveer zeventig procent van de totale productie vertegenwoordigen, de laatste tijd echter enigszins gestabiliseerd. ‘We zien hier de eerste EMO-effecten’, zegt Schäfer. Het valt echter nog te bezien of dit zich de komende maanden zal stabiliseren. De orders voor vormende machines zijn in september zelfs weer gestegen. Met name buitenlandse projecten hadden hier een ondersteunend effect.

Over het geheel genomen zijn de bestellingen uit de eurozone een bron van zorg. Deze daalden met ruim dertig procent in elk van de drie maanden van het derde kwartaal. Oxford Economics, de prognosepartner van VDW, verwacht evenmin een merkbaar herstel van de vraag vanuit Europa voor het hele jaar. Het Aziatische bedrijfsleven geeft de deskundigen ook reden tot bezorgdheid. De impuls van het Amerikaanse financiële beleid neemt nu af, waardoor Amerika als markt ook steeds uitdagender zal worden. Al met al is het internationale economische klimaat aanzienlijk verslechterd en wordt er een rem gezet op de investeringen, ook al is de stemming de laatste tijd wat verbeterd, aldus Schäfer.

Productieprognose voor 2019 herzien

Tegen deze achtergrond heeft VDW haar productieverwachting voor 2019 verlaagd. ‘Gezien de sterke daling van de orders in het lopende jaar, zal het niet langer mogelijk zijn om de voorspelde gematigde productiedaling te handhaven’, vertelt Schäfer. De vereniging gaat nu uit van een daling van vier procent, waarbij zelfs dit cijfer wordt ondersteund door het wegwerken van de orderportefeuille. De geleidelijke stabilisatie van de vraag die in de zomer voor de tweede helft van het jaar werd verwacht, is niet uitgekomen. De bezettingsgraad daalde van 87,9 procent drie maanden eerder naar 86,9 procent in oktober.

‘Het echte probleem komt in 2020, wanneer de orderachterstand is weggewerkt’, aldus Schäfer. In het lopende jaar is er geen reële kans meer op het opbouwen van een belangrijke buffer. Ook het verwachte herstel van de vraag in 2020 zal waarschijnlijk slechts gematigd zijn na de sterke daling. Dit wordt ook weerspiegeld in de prognoses voor het internationale verbruik van gereedschapsmachines. Na de daling van meer dan vier procent in het lopende jaar is het hier beschreven gematigde basisscenario een best case scenario. Ook de berekening van de nationale wisselkoersen heeft een stabiliserend effect.