Het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houtverwerkende Industrie en het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Waterrecreatie en de Kunststoffen en Houten Jachtbouw gaan 1 januari 2013 samen op in één nieuw pensioenfonds. Daarover bereikten de cao-partijen van beide bedrijfstakken begin september een akkoord.
Formeel is alleen de officiële goedkeuring door De Nederlandsche Bank (DNB) en het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) nog nodig.
De voorzitters van de twee huidige fondsen benadrukken de voordelen die de samenvoeging biedt. Volgens voorzitter Peter Schuil van het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houtverwerkende Industrie wordt het nieuwe, grotere pensioenfonds een stuk slagvaardiger. ‘Groot voordeel is dat we straks een stuk efficiënter kunnen werken. We gaan bijvoorbeeld van twee besturen en secretariaten naar één bestuur en één secretariaat. Dat betekent dat de kosten omlaag gaan. Dat gaan de deelnemers van het nieuwe, grotere pensioenfonds ongetwijfeld merken.’
Steeph Custers, voorzitter van het pensioenfonds Jachtbouw, spreekt van een prachtkans. ‘We houden beide fondsen weer eens goed tegen het licht. Wat is er nu nodig qua opbouw, premie en uitkering om straks te overleven? Ook bundelen we de kennis van beide besturen.’ Net als Schuil benadrukt ook Custers de lagere kosten. ‘Als pensioenfonds moet je goed op de kleintjes letten. Zeker in deze crisistijd. Door de samenvoeging zijn we samen beter voorbereid op de toekomst.’