Zutphen
8 sep. 2014
1 minuut
Reesink Staal is nu ook leverancier van verschillende kwaliteiten speciaalstaal. De leverancier uit Zutphen heeft haar productportfolio, met constructiestaal en voorbewerkingsmogelijkheden, nu uitgebreid met verschillende kwaliteiten.
De reden voor deze assortimentsuitbreiding komt met name voort uit een toenemende vraag van klanten naar een ‘totaalpakket’ aan staalmaterialen en -kwaliteiten. Daarnaast biedt het Reesink Staal een uitgelezen kansen om hiermee andere (groei)markten te bedienen, zoals bijvoorbeeld de machinebouw.
Speciaalstaal
Reesink Staal is in staat om de gewenste kwaliteiten in meerdere vormen, lengte- en diktematen te leveren, zoals rond, zeskant, plat, hoek en vierkant. Het speciaalstaal is verkrijgbaar in handelslengtes of indien gewenst kan het op maat gezaagd worden. Onderstaande kwaliteiten worden door Reesink Staal vanaf heden aangeboden: S 355: J0/J2 (+N), C 45 (+N), 42 Cr Mo(S) 4 + QT, 34 Cr Mi M o 6 + QT en 16 MnCr(S)5. Reesink Staal biedt bovenstaande varianten in de volgende uitvoeringen aan: warmgewalst/gesmeed, geschild/getrokken en geslepen.
CE-markering NEN-EN 1090
De Zutphense staalleverancier is sinds deze zomer ook succesvol gecertificeerd voor de NEN EN-1090 (1 en 2) in executieklasse 4, ofwel voor de veel besproken CE-markering onder de EU Verordening bouwproducten nr. 305/2011. Onlangs kreeg Reesink Staal uit handen van Bureau Veritas het certificaat uitgereikt.
‘Dit stelt ons in staat om volledig gecertificeerd voor de NEN EN-1090 (1 en 2) conform de nieuwe norm onze producten en diensten aan te bieden’, legt Falco Scholten, sales & marketing consultant bij Reesink, uit. ‘Het gaat om de volgende diensten en producten: (1) het leveren van materiaal en eventuele bewerkingen ten behoeve van staalconstructies die vallen in executieklasse 1 t/m 4, (2) volledige traceerbaarheid van materialen, (3) het (voor)bewerken van materialen volgens de verplichte eisen en toleranties die gesteld worden in de EN 1090-2, zoals het boren, togen, snijden en ravelen en (4) het kunnen overleggen van 2.2 dan wel 3.1 certificaten.’