Sintavia gaat concurrentie aan met grote gieterijen

Een begin is mei dit jaar gemaakt met de opening van  een nieuwe fabriek met achttien 3D-printers, met groeiambities naar zestig machines. ‘Met additieve productie verslaan we de grote gieterijen’, zegt Neff in Formnext Magazine.

Zelfs in de Verenigde Staten, waar veel vaker dan in Europa grote visies en plannen te horen zijn, klinkt de aankondiging van Brian Neff buitengewoon bijzonder. Maar in tegenstelling tot veel ambitieuze start-ups hebben Neff en Sintavia al veel te laten zien voor hun inspanningen: in Davie bij Fort Lauderdale, in de Sunshine State of Florida, produceert het bedrijf met zo’n 45 medewerkers bovendien componenten voor de luchtvaartindustrie – waaronder klephuizen, kanalen, chassis en warmtewisselaars. Het bedrijf is de eerste AM-leverancier geworden die is goedgekeurd om vliegwaardige onderdelen te produceren voor Honeywell Aerospace, een van de grootste early adopters van AM in de commerciële luchtvaartindustrie.

Het bedrijf is sterk gegroeid sinds het in 2015 werd afgesplitst van Neffs andere luchtvaartbedrijf CTS Engines. In Davie staan achttien poederbedeenheden, een materiaallaboratorium met uitgebreide apparatuur en een hal met warmtebehandelingsovens (inclusief HIP- en vacuümovens) onder één dak, naast bewerkings- en erosiemachines voor nabewerking.

Nieuwe fabriek

In mei van dit jaar werd de nieuwe productiefaciliteit van het bedrijf op enkele kilometers afstand geopend. Hier staat voor meer dan 30 miljoen dollar aan nieuwe machines, waaronder een groter, geautomatiseerd poederbehandelingssysteem. Sintavia’s productie draait nu op 18 3D-printsystemen van SLM Solutions, EOS, Concept Laser, Arcam en Trumpf. Er wordt slechts één specifiek poeder verwerkt op de afzonderlijke printers, bijvoorbeeld Ti64, F357 of Inconel 625.

Voor de rest van 2019 zijn vier nieuwe grote machines gepland, en volgend jaar acht tot negen. ‘Tegen 2022 of 2023 is de productie afgestemd op 55 tot 60 3D-printers’, aldus Brian Neff in een interview met
Formnext Magazine.

Verder heeft het bedrijf plannen voor de bouw van een tweede productiefaciliteit in Houston, en nieuwbouw in Phoenix, Arizona en Seattle, Washington ter ondersteuning van Honeywell en Boeing. Neff wil met hulp van additieve productie de hele toeleveringsketen van de luchtvaartindustrie op zijn kop zetten: ‘Wij zetten ons in voor het opzetten van een alternatieve en parallelle toeleveringsketen voor precisie gegoten onderdelen binnen de luchtvaartindustrie.’ Neff zoekt daarbij de concurrentie met de gieterijen. Volgens hem is dit een gigamarkt van meer dan $100 miljard dollar wereldwijd.

Gieterijen

Neff is ook CEO van CTS Engines, een straalmotorrevisiebedrijf voor de commerciële lucht- en ruimtevaartindustrie, en is daarom zeer vertrouwd met de netwerken en behoeften van de industrie. ‘Zo worden Honeywell en Boeing van oudsher ondersteund door grote gieterijen. Het is geen geheim dat deze relatie in de hele industrie onder druk staat. Zij voeren argumenten aan over o.a. capaciteit en prijsverhogingen. De relatie is vrij moeilijk, en de gieterijen zijn zo groot geworden dat ze een echte hefboomwerking hebben op de OEM’s.’

‘De adoptie van additieve productie is nu beperkt, omdat er geen onafhankelijke grote, op de eerste rij staande AP-bedrijven zijn.’ Daarom bouwen Neff en zijn team snel aan de uitbreidingen van het bedrijf, ook al is Sintavia op dit moment geen groot bedrijf. Hier ligt ook het verschil met de Europese markt. ‘Er is meer druk in de VS door de leiding bij de OEM’ers die deze AP in hun toeleveringsketens willen introduceren. De traditionele toeleveringsketen in de VS wordt namelijk zeer gehaat’, beweert Neff.