De staalmarkt in Zuid-Europa trekt sinds juni wel aan, maar nog niet in die mate zoals men een maand geleden nog hoopte. Toch zijn in die regio’s wel spotprijzen te zien die langzaam maar zeker hoger worden. In Italië lijdt de industrie nog heel erg onder de ingezakte materiaalbehoefte vooral in de automobiel- en de witgoed-industrie. Het gevolg daarvan is dat voorraden bij toeleveranciers nog steeds op een te hoog peil zijn. Dat staat in het Noviostaal Staaljournaal van juli 2020.
De staalproducenten hebben echter enerzijds te maken met wederom hogere ertsprijzen (inmiddels ruim boven de $ 100/ton), wat dus leidt tot hogere productiekosten en anderzijds gestegen importprijzen, waardoor er ruimte ontstaat het binnenlandse prijspeil opwaarts aan te passen. De berichtgeving vanuit de Zuid-Europese landen toont aan dat het dieptepunt voorbij is en dat er iets hogere basisprijzen aangeboden worden, waarvoor ook al orders geboekt zijn.
De druk van goedkoop importmateriaal op de Europese staalmarkt is aanmerkelijk afgenomen. Deels komt dat door de onzekere situatie rondom de gewijzigde importmaatregelen, die de EU eind juni heeft goedgekeurd c.q. per begin juli heeft ingevoerd en deels komt het omdat in andere werelddelen staalprijzen aanzienlijk hoger liggen en daarmee voor de exporterende landen als Turkije en India attractiever zijn. Importprijzen die momenteel rondgaan liggen op of ten dele zelfs boven het huidige niveau binnen de EU. De actuele exportprijzen van China en India zijn voor Europa bovendien niet interessant te noemen, omdat beide landen te maken hebben met een actuele sterke (India) of toenemende (China) binnenlandse vraag en men zowel in eigen land of in andere Aziatische landen betere prijzen kan scoren.
Prijzen stijgen weer
China voerde in juni 2020 ‘slechts’ 3,7 miljoen ton uit, wat het laagste exportvolume is sinds 2013. In het noordelijke deel van de EU valt op, dat de vraag zich behoorlijk verbeterd heeft en voor de prijzen op de spotmarkt ook een wat verbeterd niveau bereikt wordt. Noviostaal ontving zelfs berichten dat twee grotere Duitse producenten voor levering van warmgewalste coils in het derde kwartaal uit de markt zijn gegaan als zouden zij tot en met september volgeboekt zijn. Het gevolg is dan ook dat diverse fabrieken bij de contractbesprekingen voor levering in het tweede halfjaar van 2020 opteren voor een basisprijs van 430 tot 450 euro voor warmgewalste rollen en het zeer lastig onderhandelen is. ArcelorMittal kondigde eind juni aan naar een basisprijs van 440 euro per ton voor warmgewalste rollen te willen gaan en Tata Steel liet onlangs in het Verenigd Koninkrijk een brief uitgaan waarin men berichtte de basisprijzen met vijftig dollar (circa 62 euro) te verhogen.
Productieovercapaciteit
Gegeven de verminderde import en de gestegen grondstofprijzen is de gewenste verhoging begrijpelijk en is het zeker niet ondenkbaar, maar toch blijft het afwachten of de gewenste stijging gerealiseerd gaat worden. Fabrieken beweren wel de orderboeken goed gevuld te hebben, maar feit is ook dat veel producenten nog steeds met productiebeperkingen te maken hebben door het stilleggen van diverse lijnen als gevolg van de coronacrisis en de daarmee gepaarde ingezakte vraag. Daarbij is het wellicht door de pandemie wat ondergesneeuwd, maar het probleem van de productieovercapaciteit binnen Europa zelf is zeker nog niet opgelost. Zelfs als we dat even buiten beschouwing laten is het nog onzeker of de huidige en binnenkort wellicht toenemende behoefte aan staal tot een voldoende capaciteitsbezetting zal leiden. In India hebben bijvoorbeeld de meeste fabrieken tijdens de crisis door geproduceerd, maar is de capaciteitsbezetting ondanks de huidige vraag nog maar circa 76 procent. Ter vergelijking: tijdens de hoogconjunctuur in 2019 was dat circa 85-86 procent.
Financiële steun
Ook de Europese staalindustrie krijgt van de diverse nationale overheden financiële steun in directe of indirecte vorm, zoals dat bijvoorbeeld in Duitsland gaat gebeuren. Met een omzet van 44 miljard euro en circa 85.000 werknemers direct betrokken bij de staalproductie is het een belangrijke branche voor de nationale economie. De ondersteuning gaat wel parallel met de verplichting op termijn de staalproductie op een meer milieuvriendelijker manier te laten plaatsvinden. De crisis bij Tata Steel Nederland (v/h de Hoogovens), die eind juni leidde tot stakingen in diverse afdelingen van de fabriek in IJmuiden, is op dit moment bezworen door een overeenkomst over de toekomstige werkgelegenheid tussen het concern en de vakbonden. In Italië zijn de regering en het ArcelorMittal concern (AM) in verregaand overleg over de toekomst van voorheen ILVA en men beweert daarbij goede stappen te maken. Wel is het zo dat AM de werktijdverkorting voor een paar duizend werknemers met enkele weken verlengd heeft. Of AM in de toekomst definitief eigenaar van ILVA zal worden is op dit moment echter nog niet te zeggen.
Noviostaal geeft per 16 juli 2020 de volgende indicatie voor de circa fabrieks-staalprijzen voor coils en kwartoplaat in euro per ton:
- Warmgewalste coils: 415 – 435
- Koudgewalste coils: 500 – 525
- Sendzimir verz. coils: 525 – 545
- Kwartoplaat: 495 – 510
Deze maand stijgen de prijzen voor bijna alle soorten. De stijging loopt van 5 euro per ton voor Koudgewalste coils tot 10 euro per ton voor Warmgewalste coils en Kwartoplaat. Sendzimir verzinkte coils blijft gelijk ten opzichte van de staalprijzen in juni 2020.