De Worldsteel Association maakt zich ernstig zorgen over de nieuwe prijsafspraken die de staalfabrikanten zijn opgedrongen door hun ijzererts-leveranciers.
De associatie denkt dat de mijnbedrijven misbruik maken van hun dominante positie en heeft de overheden om een onderzoek naar het oligopolie gevraagd.
De wereldwijde markt voor ijzererst wordt sterk gedomineerd door drie bedrijven, het Braziliaanse Vale en de Australisch-Britse groepen BHP Billiton en Rio Tinto. Samen hebben ze ongeveer twee-derde van de markt in handen. Vale heeft nu een al tientallen jaren bestaand gebruik doorbroken door de prijzen niet meer per jaar maar per kwartaal af te spreken.
Af van het benchmark systeem
Directeur Ian Christmas van de Worldsteel Association noemt dat ‘een verkapte overstap naar spotprijzen die tot veel wisselvalligheid zal leiden en geen van de partijen op termijn enig voordeel biedt’. ‘Het benchmark systeem mag dan niet perfect zijn, het heeft het grote voordeel van lange termijn relaties tussen de staalindustrie en de leveranciers van hun grondstoffen waar beiden profijt van hebben.’
Volgens Christmas zijn de mijnbedrijven door deze opgelegde verandering in staat om hun winst op korte termijn te maximaliseren. ‘Dat komt door de niet-concurrerende markt, waarbij de grote Braziliaanse leverancier zo goed als een monopolie heeft in het Atlantische gebied terwijl de twee Australische bedrijven hetzelfde doen in het Pacific-gebied. Er is nu een dringende noodzaak voor de concurrentiediensten in de hele wereld om de markt voor ijzererts en het marktgedrag van de drie dominerende bedrijven te onderzoeken. Zij moeten vaststellen of dit onconcurrerende gedrag in het algemeen belang is gezien het feit dat staal in vrijwel elke sector van de moderne economie wordt toegepast.’