Een kleine dertig plaatverwerkende bedrijven hebben van 7 tot en met 14 september de Shanghai-area in China bezocht tijdens een Nevat-studiereis. Zij onderzochten of er zich in China een volwassen markt voor toeleveranciers aan het ontwikkelen is.
Tijdens de reis zijn in negen business-meetings met zowel bedrijven als overheidsfunctionarissen antwoorden naar voren gekomen op een aantal vragen over marktontwikkelingen.
De reis werd gestart met het gevoel dat er veel markt in Nederland weglekt naar de Chinese maakbedrijven. De Nevat-leden wilden een antwoord proberen te vinden op vragen als: hoe verhoudt de situatie in Nederland zich tot die in China, wat kun je van de governance verwachten, hoe is het gesteld met de kosten van kwaliteit en personeel en hoe werkt de supply-chain?
Naast bedrijven als NTS Group, Frencken, VLD ETG en Antriol (Gispen) is er ook een ontmoeting geweest met onder andere het Nederlandse consulaat en de burgemeester van Taicang.
Plaatwerk is global
Deze contacten en veel onderlinge discussies hebben er toe geleid dat de Nevat-leden met een goed gevoel huiswaarts zijn gekeerd. Het is namelijk zeker niet zo dat China zomaar de positie van Nederlandse toeleveranciers kan innemen. Wel is het belangrijk om voor de bedrijven in Nederland de eigen strategische positie in de wereldwijde keten goed te monitoren. Het besef is eens te meer dat ook de plaatwerkketen echt ‘global’ is geworden. Dit inzicht helpt de Nevat-leden bij het leren en daar kunnen ze weer het voordeel meedoen bij het zakendoen.
Nevat GPI
Nevat GPI (Groep Plaatverwerkende Industrie) organiseert jaarlijks een dergelijke studiereis. Het gaat erom een snelle indruk van de lokale situatie te krijgen. Het bezichtigen van plaatwerkbedrijven, netwerken en informatie uitwisselen staan daarbij centraal.
Als bestemming worden landen uitgezocht waar zich interessante ontwikkelingen op het gebied van plaatbewerking voordoen. Zo is in 2011 een reis gemaakt naar Turkije, een land met een zeer sterk ontwikkelende industriële sector en economie.