Vijf jaar geleden nam Mark Ruiter, toen nog als werknemer, de boedel van het failliete PWS Industrieel Snijwerk over, en begon zijn eigen snijbedrijf Thure Snijtechniek. ‘Dat is nu, achteraf gezien, geen slechte keus, want het was of werkeloos thuis zitten of dit. Maar als ik toen had geweten dat ik nu de verantwoording zou hebben om 13 families van een inkomen te voorzien, dan was ik er niet aan begonnen.’
Die verantwoording had hij toen niet aan gekund. ‘Maar gelukkig groei je in je bedrijf. En nu ik er middenin zit vind ik het geweldig.’
In het volgende vertelt Mark Ruiter over zijn snijbedrijf, de groei van de afgelopen jaren en zijn ambitie voor de toekomst. ‘Al gelijk vanaf de start zat de groei er in’, vertelt Ruiter. Eind 2011 begon hij alleen (toch maar afwachten of de klanten je weer weten te vinden en de leveranciers aan je willen leveren na het PWS debacle), maar nam 1 maand later al een medewerker aan. ‘2014 was een bijzonder jaar, vertelt de ondernemer. ‘In dat jaar begon ik met vier collega’s en verdubbelde dat in datzelfde jaar. Met de omzet ging het gelijk op. Begonnen met 0, groeide zijn omzet in 2014 naar 2,2 miljoen euro. Op dit moment heeft hij 13 collega’s en de omzet groeit gestaag door.
In die ruim vijf jaar heeft Ruiter ook zijn machinepark compleet uitgebreid en de machines gekocht uit de boedel van PWS vervangen of geretrofit. Met een schamele duizend vierkante meter vloeroppervlak kun je vaststellen dat er bij Thure de meeste machines per vierkante meter staan opgesteld. Elke meter wordt gebruikt. Dat blijkt ook uit de werkvoorbereiding en kantine die zijn plek heeft gevonden drie meter hoog in de werkplaats op stalen palen boven 1 van de machines.
Geen groot snijbedrijf
‘Wij zijn geen groot snijbedrijf’, zegt Ruiter. ‘Vorig jaar sneden we 1.300 ton plaatwerk. Maar we zijn breed georiënteerd en kunnen veel qua snijwerk.’ Dat blijkt uit het machinepark dat bestaat uit twee joekels van waterstraal-/plasma-snijmachines en een volledig geautomatiseerde lasersnijmachine. De in 2015 nieuw aangeschafte watersnijmachine (Microstep) meet 12 bij 3 meter en beschikt over vier snijkoppen, er is ook nog een oudere Resato snijmachine welke is uitgerust met zes snijkoppen. Door deze vier koppen en de aard van het waterstraalsnijwerk – vaak opdrachten met veel snijuren – werkt deze machine 24/7 het gehele jaar door en worden storingen bij wijze van piketdienst opgevolgd.
In korte tijd heeft het bedrijf al veel plezier beleefd aan de watersnijmachine. Deze komt vooral tot zijn recht voor producten die geen warmte-inbreng verdragen. Als voorbeeld noemt Ruiter dun roestvaststaal van 2 tot 3 mm dik. ‘Als je dat snijdt met een lasersnijmachine is er een groot risico dat de plaat krom trekt door de warmte-inbreng. Dat kun je dan beter snijden met een watersnijmachine. Vanwege de productiviteit zou je kiezen voor lasersnijden, dat gaat veel sneller, maar door het risico op kromtrekken ben je kwalitatief veel beter af met watersnijden.’
De machine wordt vooral ingezet het snijden van vlakke platen (tot max. 150 mm dikte) maar ook bestaande producten worden gesneden op deze manier.
De Darley kantbank doet als enige in het machinepark aan de oude tijd denken.
Waterstraalsnijden
Ruiter vertelt over een opdracht, die hij zonder waterstaalsnijmachine niet had kunnen uitvoeren. De opdracht behelsde het snijden van gaten voor een LED verlichting uit 10,5 meter lange toegeleverde plafondpanelen. ‘Qua lengte past die al niet in onze lasersnijmachine. Maar dit is één van de vele unieke projecten die we uitvoeren. Zelfs het in de lengte doorsnijden van spoorrails doen we regelmatig. Thure is echt van alle markten thuis.
De andere machine met een snijbereik van 12×3 meter is een plasmasnijmachine (Microstep) met roterende snijkop zodat laskanten direct kunnen worden mee gesneden zonder dat dit voor de klant een duurdere extra bewerking is. Daarnaast beschikt Thure over een lasersnijmachine (Mazak) met een op maat gemaakt plaatopslag en handlingsysteem van TekMag. Deze lasersnij-cel is ook 24/7 inzetbaar. ‘Wij hebben gekozen voor een op maat gemaakte plaatopslagsysteem. Als we hadden gekozen voor een standaard Mazak-oplossing dan zouden een paar meter onder het dak onbenut blijven. Nu reikt de plaatopslag voor de lasersnijder tot strak tegen het dak. Of zoals productieleider Patrick de Groot het plastisch zei: ‘we hebben het plaatopslagsysteem met hulp van een flinke pot vaseline tussen vloer en dak kunnen schuiven.’
Meer dan snijden
Thure is groot in snijden, maar ze beschikken ook over een aanvullend machinepark waarmee ze de klant op weg helpen. ‘Deze extra bewerkingen zijn niet altijd lonend, maar levert voor ons wel veel meer snijwerk op dan als we dat zonder deze voor de klant waardetoevoegende bewerkingen moesten doen’, is de overtuiging van Ruiter.
Het bedrijf beschikt daarvoor onder andere over een zwaar verticaal bewerkingscentrum (Doosan). Deze machine heeft een werkbereik van 1.270 bij 670 mm en is voorzien van een ISO 50 BigPlus spindelopname met interne koeling voor zware verspanende bewerkingen. Daarnaast staan er ook een aantal grote en kleine radiaal- en kolomboormachines. Daarnaast beschikt Thure over een ontbraammachine. De Darley kantbank doet als enige in het machinepark aan de oude tijd denken, alhoewel die onlangs compleet is geretrofit door Morris Solutions en o.a. voorzien van een nieuwe besturing. Tot slot is de werkplaats voorzien van een centrale snijrook afzuiginstallatie.
Het snijden van rails
Leverbetrouwbaarheid
Met dit complete machinepark helpen we de klant en zo ook ons zelf. Met deze extra bewerkingen hoeft de klant niet nog eens naar een der
de partij. Wij zijn geen machinefabriek, en willen daarmee ook niet concurreren. Echter veel van onze klanten kunnen door deze opzet zelf korte levertijden naar hun klant hanteren en zodoende wel bepaalde orders boeken.
Het is voor Thure een van de concurrentieargumenten. ‘Een goede scherpe prijs is een punt, maar veel belangrijker voor de klant is leverbetrouwbaarheid en kwaliteit’, zegt Ruiter. ‘De meeste klanten voelen zich er niet prettig bij om alleen te discussiëren over de prijs’, meent de ondernemer. ‘Ze weten wat voor een kaalslag er de afgelopen jaren is geweest onder de snijbedrijven. Als de klant weet dat je je winst in het bedrijf investeert, dan wordt-ie daar zelf ook beter van.’
Werknemers
‘Het was de afgelopen jaren een flinke uitdaging om de juiste mensen te vinden om de vacatures op te vullen. Ongeveer dertig procent van onze werknemers zijn via een WEP (Werk Ervarings Project) vanuit de gemeente bij ons terecht gekomen. Deze mensen zitten in een moeilijke positie in de bijstand en komen dan 6-8 weken met behoud van uitkering ervaring op doen. Om hiermee kans te maken op een contract bij Thure. Tot nu toe zijn ze allemaal gebleven van een jonge moeder tot een Somalische man die blij is met zijn ‘echte mannenwerk’, allemaal zonder ervaring mét motivatie. Motivatie moet er in zitten, kennis kun je overbrengen. Zelf een man van 62 moet een kans krijgen.’
Verbetertraject
Ruiter werd vorig jaar gewezen op het feit dat de grote groei welke Thure heeft doorgemaakt er vaak voor zorgt dat er logischerwijs binnen elk bedrijf situaties ontstaan welke niet direct zichtbaar zijn maar het leveren van een goede prestatie richting de klant onnodig moeilijk maakt. ‘Het duurde even voordat ik er van overtuigd was dat dat zou kunnen helpen. Uiteindelijk wist Rob van Scherpenseel (als sinds PWS-tijd een goede relatie) mij over de streep te trekken om gezamenlijk dit traject te doorlopen. En dat heeft vorig jaar een aantal verrassende uitkomsten opgeleverd.’
‘Ook alle medewerkers werden doorgelicht. Ruiter heeft zichzelf nooit gezien als baas in de letterlijke betekenis, het staat ook niet op zijn visitekaartje. Hij streeft er naar om gelijkwaardig op te trekken met zijn medewerkers. Hij begrijpt ook wel dat dat niet altijd zo werkt en dat vindt hij jammer. Zelfs al ga je op gelijke voet om met je medewerkers, ze zullen je nooit alles vertellen. Daar kwam ik achter tijdens het verbetertraject.’ Niet dat dat heikele punten waren, maar wel iets waarmee Ruiter de toekomst rekening mee gaat houden.
Het snijden van Hardox segmenten voor een draaikranslager voor een grote kraan van Huisman.
‘Nog een punt dat naar voren kwam, is die van klanten, die aangaven dat ze soms nog eerder geïnformeerd willen worden over de stand van hun order, zoals uitgestelde leHet snijden van Hardox segmenten voor een draaikranslager voor een grote kraan van Huisman.vertijden. Ook bleek de interne planning niet altijd overeen te stemmen met de werkelijkheid. Door de groei van het volume hebben we onze systematiek van plannen ook aan moeten passen in ons ERP-pakket om te voorkomen dat we orders blijven aannemen waarvan de levertijd te krap is bij de machinebezetting op dat moment. Dat ERP-pakket is overigens een eigen ontwikkeling van Ruiter zelf (zie kader) en zorgt er voor dat het bedrijf naast Ruiter zelf slecht 1,5 FTE als overhead heeft.’
Toekomst
‘Nu we het ons bedrijf op orde hebben, doen we een pas op de plaats. Zo rond 2018 wil ik weten hoe we verder gaan met mijn bedrijf om dit in 2020 te realiseren. ‘Ik heb er al een aantal scenario’s voor. De eerste is: we gaan verder met wat we hebben. Rond 2020 hebben we aan al onze financiële verplichtingen die bij de gedane investeringen horen voldaan. En dan kun je als bedrijf met minder omzet genoegen nemen en hierdoor het bedrijf iets afslanken waardoor we ook weer ruimte in de werkplaats creëren, iets wat nu vaak voor problemen zorgt.’
‘Ook zou ik mijn bedrijf kunnen gaan verkopen. Gezien ons huidige machinepark en relaties zullen wij zeker aantrekkelijk zijn voor andere partijen. Niet om een zeiljacht te kunnen kopen maar de afgelopen jaren ben ik ook veel ander dingen leuk gaan vinden, ook zaken waar ik voorheen nooit interesse in had, dat in combinatie met het feit dat ik echt niet persé directeur moet zijn maakt het voor mij makkelijker om die keuze te maken.’
‘Een ander idee is om tegen die tijd om te zien naar een ander groter pand’, vertelt Ruiter. In combinatie met de overname van een snijbedrijf, machinefabriek of constructiewerkplaats dat bijvoorbeeld geen opvolging heeft, gaat Ruiter voor de echte expansie. Hij is nog jong (36) en kan nog jaren mee voordat opvolging een item wordt. Alhoewel dat al een beetje lijkt ingedekt.
Ruiter vertelt: ‘Ik neem mijn zoontje van zes af en toe mee naar het bedrijf. Zo ook vorig jaar. Op een van die momenten begon hij mij te ondervragen en hij vroeg zich af van wie alle mensen bij Thure hun geld krijgen. En als wij de snijmachines niet zelf hebben gebouwd hoe we die dan kan kunnen betalen.’
‘Maar papa waarom wil Arend dan geld krijgen om bij jou te werken? Vind hij je niet aardig dan?’: ‘Natuurlijk wel, maar Arend wil ook graag boodschappen kunnen doen, met vakantie gaan en zijn huis en auto kunnen betalen. Daarom komt hij bij papa werken en krijgt hij geld daarvoor.’
‘Hij heeft in ieder geval belangstelling voor het bedrijf, waar dat door de jaren heen toe zal leiden, daar is weinig over te zeggen. Belangstelling voor het ondernemerschap is er in ieder geval nu al maar laat hem eerst maar bij een echte baas werken.’